|
|
||
| Op 2 oktober overleed de vermaarde Britse dirigent Neville Marriner, 92 jaar oud. Hij slaagde erin met het door hem opgerichte ensemble Academy of St. Martin in the Fields in relatief korte tijd een miljoenenpubliek aan zich te binden. Daarmee is hij een van de zeldzame uitschieters in de klassieke-muziekbranche. Al vrij snel na de oprichting in 1959 ontwikkelde het kamerorkest zich tot een geduchte wereldspeler. De Academy werd niet alleen door de platenkopers maar ook in de concertzaal met veel enthousiasme begroet. In die tijd konden opnames nog enorme oplagen bereiken, niet alleen door de kwaliteiten van orkest en dirigent, maar ook door slimme marketing. Natuurlijk, het orkest excelleerde in een domein dat met de nogal platvloerse term ' music for the millions ' wordt aangeduid, maar Marriner en zijn ensemble hebben menigeen op het pad van de klassieke muziek gezet. Hij maakte ook uitstapjes naar repertoire dat toen nog minder gangbaar was, zoals Stravinsky's Pulcinella-suite en Bartóks Muziek voor snaren, slagwerk en celesta (met de twee keurig marcherende orkesten in stereo uit de linker en de rechter luidspreker!)
Een maatje kleiner Ook vandaag nog heeft menigeen zijn hart eraan verpand. Hoe vaak heb ik die Argo-lp's niet uit de kast gehaald om daarmee als recensent voor het muziekblad Luister audioapparatuur te testen! En hoe vaak heb ik niet genoten van die zijdeachtige strijkersklank die het handelsmerk van het orkest leek! Zoals in Dvořák s gloedvolle Serenade voor strijkers, die nog nooit zo bloemrijk had geklonken. 500 opnamen Neville Marriner, zoon van een timmerman, was van huis uit professioneel violist. Hij kende ook de orkestklank van haver tot gort, want hij had nog gespeeld in het London Symphony Orchestra. Al in 1958 zette hij zijn eerste schreden op het pad van een eigen strijkorkest. Dat kreeg zijn thuisbasis in een Londense kerk: die van Saint Martin in the Fields. Net als later Jaap van Zweden was Marriner primair de violist die zijn specifieke kennis als strijker moeiteloos en met grote overtuiging op het orkest wist over te dragen. In het begin werd hij daarin bijgestaan door Pierre Monteux, die hem de fijne kneepjes van het dirigeren bijbracht. Rijke bron Van een 'historiserende' uitvoeringspraktijk was geen enkele sprake. Er werd musicologisch niet echt diep gegraven, zoals dat vanaf de jaren zeventig elders wel het geval was met dirigenten als Gustav Leonhardt, Frans Brüggen, Nikolaus Harnoncourt, René Jacobs en Philippe Herreweghe. De Academy speelde op moderne instrumenten, in een 'no nonsense' stijl die zo ongeveer iedereen wel aansprak. Sir Neville De muzikale nalatenschap van orkest en dirigent is rijk en gevarieerd. Het succes ervan hangt ongetwijfeld samen met de expressieve warmte in het spel, naast een bijna perfect gevoel voor timing en - wat de studio-opnamen betreft - een meer dan uitstekende opnamekwaliteit. Het klonk allemaal voortreffelijk en ogenschijnlijk moeiteloos.In 2011 droeg Marriner het stokje van de Academy over aan Joshua Bell, net als hij violist. Marriner is bijna in het harnas gestorven, want nog geen week voor zijn dood leidde hij het Nederlands Kamerorkest in Mozarts concert voor twee piano's KV 242, samen met de beide broers Jussen. index |
||