CD-recensie
© Siebe Riedstra, april 2016
Tsjaikovski: Serenade voor strijkers in C, op. 48 D'Haene: Waar Coenraets is Turner (voor twee violen en strijkorkest) Ning Kam en Jolente de Maeyer (viool), Het Kamerorkest Brugge Et'cetera KTC 1531 • 46' • Opname: juni 2014, AMUZ, Antwerpen |  |
De naam Het Kamerorkest Brugge klinkt ons nieuw in de oren, maar het ensemble in kwestie draait al bijna een halve eeuw mee. In 1970 werd het opgericht als Collegium Instrumentale Brugense. Oprichter en dirigent was Patrick Peire, en onder zijn leiding ontstonden tientallen opnamen, vaak met het bijbehorende kamerkoor Capella Brugensis. In 2009 gooide men het roer om, en kreeg het ensemble de nieuwe naam. Violiste Ning Kam, winnaar van de Publieksprijs bij het Elisabethconcours van 2001, werd aangesteld als artistiek leidster en concertmeester. Het ensemble bestaat uit een strijkorkest van zeventien musici, het repertoire wordt hoofdzakelijk gekozen uit de romantiek en de twintigste eeuw. De actieradius is goed te vergelijken met Amsterdam Sinfonietta, dat iets groter is. Hier presenteert men zijn eerste cd, met een werk dat het lijfstuk mag heten, de Serenade voor Strijkers opus 48 van Tsjaikovsky. Eigentijdse muziek is een tweede speerpunt, vertegenwoordigd in een werk voor twee violen en strijkers van Rafael d'Haene. D'Haene (1943) is directeur van het Koninklijk Conservatorium Brussel, en rekent zijn vriendschap met Henri Dutilleux tot een belangrijke bijdrage aan zijn ontwikkeling. De titel 'Waar Coenraets is Turner' verwijst naar de Belgische schilder Jean Coenraets, die inspiratie vond in de impressionistische zeegezichten van de Brit William Turner. De titels lijken geleend van deze meester: Sailing to open sea, Spleen & Windmill. Aan de muziek is niets impressionistisch, ze is in haar lineaire helderheid het best te omschrijven als een verre verwante van de Muziek voor snaren, slagwerk van Bartók. Een boeiende uitgave van een dapper orkestje, vol overgave gespeeld in een prettige ambiance.