CD-recensie

 

© Siebe Riedstra, oktober 2013

 

Sjostakovitsj: Symfonie nr. 4 in c, op. 43

Royal Liverpool Philharmonic Orchestra o.l.v. Vasily Petrenko

Naxos 8.57318 • 65' •

Opname: febr 2013, Liverpool Philharmonic Hall

 

In Liverpool lijkt de geschiedenis zich te herhalen. Zoals de vijfentwintigjarige Simon Rattle (geboren in Liverpool) in 1980 aan het hoofd van het orkest van Birmingham kwam te staan, werd de dertigjarige Vasily Petrenko in 2006 naar Liverpool gehaald. Beiden bleken in staat om het zieltogende plaatselijke orkest uit zijn lethargie te wekken, en belangrijker nog, de plaatselijke bevolking daarin mee te krijgen. Het succesverhaal van Simon Rattle kennen we inmiddels van buiten. Petrenko is druk in de weer om zijn versie in Liverpool waar te maken, en voor een groot gedeelte is hem dat al gelukt. Bij de Liverpudlians kan hij niet meer stuk, en zijn orkest heeft hij door een mooi contract met het label Naxos vakkundig onder de internationale aandacht gebracht. Al in 2009 werd zijn opname van de Manfred Symfonie van Tsjaikovsky door het blad The Gramophone uitgeroepen tot ‘orchestral record of the year’.

Minstens net zo belangrijk is de registratie van de complete symfonieën van Sjostakovitsj, waartoe het label Naxos hem in staat stelde. Begonnen in 2008 met de filmische Elfde, zijn ze er in 2013 bijna mee klaar. Hier wordt de Vierde gepresenteerd, alleen de nummers Dertien en Viertien, de beide vocale symfonieën, ontbreken nog. Petrenko’s Sjostakovitsj wordt in de pers en in de concertzaal vol lof begroet. In Nederland kennen we hem van zijn concerten met het Radio Filharmonisch Orkest - te volgen op radio, televisie en internet. Wie hem aan het werk ziet wordt meegezogen in zijn aanstekelijke enthousiasme, en vertederd door zijn jongensachtige charme. Bovendien is hij een uitstekende musicus, die al vanaf zijn achttiende volop in de professie bezig is. Ik moet eerlijk bekennen dat ik bij al die positieve eigenschappen ook iets mis. Haitink en de Waart waren ook jong, enthousiast, charmant en uiterst muzikaal. Weet u wat ze ook nog hadden? Een pracht van een slagtechniek. Misschien werkte het niet altijd, maar het was wel mooi om te zien. In dat opzicht doet Petrenko mij denken aan een andere Nederlandse dirigent, wijlen Hans Vonk. Bij allebei zie/zag je een wat slungelige podiumverschijning met een ijzeren klankvoorstellingsvermogen. Maar goed, over dirigeren raken we nooit uitgepraat, iedereen meent het te kunnen, en je kunt er boeken vol over schrijven, van de sidderende baton van Furtwängler tot de trillende cocktailprikker van Gergiev.

De kansen om een complete Sjostakovitsj-cyclus op te nemen zijn de afgelopen decennia explosief gegroeid, maar de ‘jongere’ generatie - met excuses aan Valery Gergiev – dirigenten krijgt naar verhouding wat minder de kans om zich te manifesteren. Maar ze zijn er wel, getuige de verpletterende uitvoering van de Vijfde die ik een paar weken geleden beluisterde in het Amsterdamse Concertgebouw, door Jaap van Zweden en het Radio Filharmonisch Orkest. Overigens ook alweer een dirigent die het niet van zijn sierlijke gebaar moet hebben, maar volkomen vaart op zijn feilloze muzikale instinct. In de afgelopen jaren zijn er twee mannen die de kans hebben gekregen: Mark Wigglesworth voor het label BIS, en Vasily Petrenko. Wigglesworth begon zijn integrale toen hij nog chef was bij het BBC orkest in Wales. Toen die samenwerking uiteenspatte wist het label het Hilversumse Radio Filharmonisch Orkest te strikken voor het vervolg. De cyclus is inmiddels voltooid en hier gedetailleerd besproken. Vergelijking tussen de beide brengt twee zaken aan het licht: het Radio Filharmonisch Orkest is een klasse beter dan het orkest van Liverpool. Mark Wigglesworth is een uitstekende dirigent, met opvattingen die soms tenderen naar uitersten – in tempi, dynamiek, frasering en balans; kortom een eigenwijsje. Petrenko is net als Jaap van Zweden een rasmuzikant, en eerlijk gezegd had ik deze Vierde heel graag willen horen met Petrenko aan het hoofd van het Hilversumse orkest, in het Concertgebouw.

 
   
   

Wat me altijd weer opvalt bij de commentaren die geleverd worden bij de symfonieën van Sjostakovitsj is de enorme hoeveelheid blabla. Met name bij de Vijfde symfonie neemt dat groteske vormen aan. Het lijkt wel alsof alles wat we over Sjostakovitsj weten en zeggen bepaald wordt door dat beeld van een oude man met een onzekere blik door dikke brilleglazen. Weleens een foto gezien van de jonge Sjostakovitsj? Een zelfverzekerde kerel met zichtbaar lef – net Vasily Petrenko. Geen wonder, Dmitri was DERTIG jaar toen hij zijn Vierde symfonie voltooide. Die Vierde is een prachtig amalgaam van de ontwapenende Eerste, de experimenten van de Tweede en Derde, en zijn kennismaking met Gustav Mahler. Dat laatste blijkt duidelijk uit iedere maat van deze partituur – Sjostakovitsj was gegrepen door Mahler, maar vrat zijn idool met huid en haar op. De tachtigplusser Bernard Haitink laat dat prachtig en zeer Mahleriaans horen op zijn opname met het Chicago Symphony Orchestra uit 2008. Bij Petrenko zitten we met Sjostakovitsj aan het ontbijt, met de laatste bladzijden van zijn nieuwste symfonie op de tafel, nog nat van de inkt........


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links