CD-recensie
© Siebe Riedstra, april 2012
|
Sibelius: Symfonie nr. 2 in D, op. 43 – Minnesota Orchestra o.l.v. Osmo Vänskä BIS-SACD-1986 • 78' • (sacd)
De artistieke beleidsmakers van het Zweedse label BIS zijn geen bange jongens. BIS was in de jaren 1980 voorloper in het nieuwe medium cd, en kwam al snel met een integrale uitvoering van de belangrijke orkestwerken van Sibelius, gedirigeerd door Neeme Järvi, die de beschikking had over het Gothenburg Symphony Orchestra. Als mijn geheugen me niet bedriegt was dat de allereerste integrale opname van de zeven symfoniën op cd, en hij werd met veel instemming ontvangen. BIS heeft de individuele titels nog steeds in de catalogus, en de acht symfonieën inclusief Kullervo zijn gebundeld in een box met vier cd’s. Tien jaar later vond men het in Stockholm tijd om de exercitie over te doen, en werd een relatief onbekende dirigent met een wellicht nog onbekender orkest aan het werk gezet. Osmo Vänskä dirigeerde het Lahti Symphony Orchestra, in Finland Sinfonia Lahti geheten. Het is een in omvang bescheiden orkest, maar dat heeft niet verhinderd dat deze integrale een fenomenaal succes boekte. Klapper was de eerste en enige registratie van de oorspronkelijke versie van de Vijfde symfonie, in tandem met de definitieve versie. Sinfonia Lahti stond ineens op de wereldkaart, maakte internationale toernees, en Vänskä werd een veelgevraagde maestro. In Amerika werd hij benoemd tot chef van het Minnesota Orchestra, waar hij een nog veel onwaarschijnlijker prestatie leverde. De labelchef van BIS wist hem te bewegen een Beethoven-cyclus op te nemen. Een waagstuk dat juichende kritieken en uitverkochte optredens in de New Yorkse Carnegie Hall opleverde. Hoe ga je verder na zo’n succesverhaal? BIS is altijd voorloper geweest in nieuwe technieken en omarmde direct het verschijnsel super-audio. In Lahti werden de orkestwerken van Sibelius niet in super-audio opgenomen: er zat dus nog een gaatje in de markt. Vandaar een kersverse opname in het nieuwe formaat, van de Tweede en de Vijfde, de meestgespeelde van de zeven, op de eerste aflevering van een nieuwe integrale. Recensent David Hurvitz kwalificeerde deze exercitie als tamelijk overbodig, en hij heeft vast wel medestanders. Dit is de openingszin van zijn bespreking:
Robert Suff, de artistieke beleidsmaker van BIS, rechtvaardigt zijn beslissing echter ook op artistieke gronden, hier is hij zelf aan het woord:
Heldere taal. De opname is gemaakt in juni 2011, na afloop van het concertseizoen, en dus niet gekoppeld aan concerten en al helemaal niet live. Ik was buitengewoon gecharmeerd van Vänskä’s Beethoven, en vroeg deze cd dan ook aan met een gevoel van blijde verwachting. De confrontatie met het klinkende resultaat veroorzaakte verwarring. Het is pure speculatie, maar wat als Harnoncourt zich aan Sibelius zou hebben gewaagd? Mijn indruk is dat Vänskä met deze herinterpretatie van de Tweede net als zijn waarheidsvindende vakbroeder te werk is gegaan, en dus net zo veel respect en aandacht verdient, wat we ook van het eindresultaat mogen vinden. Karajan en Ormandy blijven geduldig op de plank staan en er zijn genoeg jonge maestri die Sibelius kamerbreed willen blijven uitvoeren. De Vijfde symfonie heeft kennelijk een gevestigde vorm in Vänskä’s klankvoorstelling, want hier zijn de verschillen tussen Lahti en Minnesota vooral cosmetisch. Sinfonia Lahti heeft niet de gestroomlijnde klank van een Amerikaans orkest, maar de speelvreugde is onmiskenbaar. Minnesota heeft een veel groter strijkerskorps - om maar te zwijgen van toegevoegde oorstrelende verworvenheden als surround-sound en super-audio. Beethoven uit Minnesota was een onverwachte ‘success-story’. Als het aan Vänskä ligt gaat de geschiedenis zich herhalen. Het is hem van harte gegund en op basis van deze eerstgeborene verdient de serie met grote belangstelling gevolgd te worden. index |