CD-recensie

 

© Siebe Riedstra, april 2013

 

 

Petrassi: Magnificat - Salmo IX

Sabina Cvilak (sopraan), Orchestra & Coro Teatro Regio Torino o.l.v. Gianandrea Noseda

Chandos CHAN 10750 • 66' •

Opname: juli 2012, Teatro Regio, Turijn 

 

 


Naast Luigi Dallapiccola was Goffredo Petrassi de belangrijkste Italiaanse componist van de twintigste eeuw. Dallapiccola heeft vooral naam gemaakt met vocale werken, Petrassi blonk uit in instrumentale werken. Deze cd bewijst weer eens dat de uitzondering de regel bevestigt, met twee grote vocale werken van Petrassi.

Goffredo Petrassi (1904-2003) werd geboren in een klein dorpje even buiten Rome, waar de tijd eeuwenlang stil leek te hebben gestaan. Op zijn zevende verhuisde de familie naar Rome, waar Goffredo met zijn talentvolle jongensstem een plekje verdiende in de Schola Cantorum van San Salvatore. Ook daar was de tijd eeuwenlang stil blijven bestaan en werd Goffredo ondergedompeld in Palestrina en Josquin: zijn basisopleiding was verzorgd. Na de stembreuk moest hij als vijftienjarige zijn kostje verdienen als verkoper in een muziekwinkel, waar hij in aanraking kwam met invloedrijke muzikale klanten. Een van hen was de directeur van de Accademia Santa Cecilia in Rome, Alessandro Bustini; hij zorgde ervoor dat Goffredo alsnog een gedegen muzikale opleiding ontving. De reuzensprong van Palestrina naar Debussy en Strawinsky werd door Petrassi in een paar jaar overbrugd, en in 1932 was hij klaar. Dat bewees hij met zijn eindexamenstuk Tre Cori voor koor en orkest. Een werk dat ondenkbaar is zonder de aanwezigheid van Strawinsky's Oedipus Rex, maar waarin desondanks de stem doordringt van een man met een boodschap.

Dat Petrassi als orkestrator de nodige virtuositeit bezat bewees hij een paar maanden later met de Partita voor orkest, een werk dat hem in 1932 internationaal op de kaart zette. Petrassi heeft het Guinness book of World Records gehaald door maar liefst acht concerten voor orkest te componeren. Ze geven een panoramisch overzicht van zijn componeren, van het Eerste concert in 1934 (veel Hindemith) tot het Achtste in 1972 (invloeden van Schönberg). Ze hebben zijn naam als orkestcomponist bij uitstek gevestigd. Als vocaal componist vestigde hij zijn reputatie met Coro dei morti voor mannenkoor, drie piano's, slagwerk, koperblazers en contrabassen. De tijd van ontstaan (1940/1) heeft hier duidelijk zijn sporen nagelaten en het is een van Petrassi's meest indrukwekkende partituren geworden. Het werd al snel opgevolgd door een nieuw werk, dat het in omvang en bezetting nu maar eens echt moest opnemen tegen Strawinsky's Psalmensymfonie. Dat werd het Magnificat (1940) voor sopraan, koor en orkest, opgedragen aan Alfredo Casella. Een prestatie die destijds alom bewondering oogstte, en terecht, maar door het genadeloze filter van het historisch perspectief zijn verlies moet bekennen tegenover Strawinsky's meesterlijke schepping. Het succes van het Magnificat smaakte naar meer, en een paar jaar later ontstond Psalm 9, voor koor, orkest zonder houtblazers, slagwerk en twee piano's - in de instrumentale bezetting een compromis tussen Coro dei Morti en het Magnificat.

De toelichting bij deze cd maakt veel werk van Petrassi's ervaring als koorknaap en het ontstaan van deze grote koorwerken. Alsof na een Jungiaanse verdringing deze werken na jaren naar de oppervlakte zouden zijn gestuwd. Dat lijkt me een tikkeltje overdreven, gezien de bijna notelijke gelijkenis met sommige passages uit Strawinsky's machtige voorbeeld. Destijds maakte de Russische smaakmaker veel los in zijn componerende tijdgenoten, en die hebben dat bij honderden bewezen. Goffredo Petrassi heeft gewoon drie steengoeie vocale werken gecomponeerd waar we nu iets anders tegenaaan kijken. Jammer dat er net niet genoeg ruimte was om ook nog de Coro dei Morti erbij te kunnen zetten. Dat zeg ik vooral omdat die de meest spontane uiting van de jonge Petrassi is, die uiteindelijk de twee andere wel eens zou kunnen overleven.

De uitvoering door chef Gianandrea Noseda en zijn Turijnse keurtroepen valt uiteen in twee categorieën: koor en orkest. Beide maken deel uit van het Turijnse operahuis, en het is helaas niet anders, het orkest presteert beter dan het koor. Niet verwonderlijk, aan een operakoor worden nu eenmaal andere eisen gesteld dan aan een Collegium Vocale. Diezelfde realiteit leert dat dit de enige manier is om met deze partituren kennis te maken, in een uitstekende geluidskwaliteit. Daarvoor past bescheidenheid en dankbaarheid. Vergeet u vooral niet om op youtube te luisteren naar de Coro dei Morti - dan komt de rest vanzelf.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links