CD-recensie

 

© Siebe Riedstra, februari 2021

Vítezlav Novák - Orchestral Works (1)

Novák: South Bohemian Suite op. 64 – Toman and the Wood Nymph op. 40

Moravian Philharmonic Orchestra o.l.v. Marek Stilec
Naxos 8.574226 • 56' •
Opname: okt. 2019, Redota Hall, Olomouc (Tsjechië)

   

Nauwelijks twee maanden geleden besprak ik hier een cd met werken van de Tsjechische componist Vitezslav Novák (1870-1949), gedirigeerd door zijn landgenoot Jakub Hrusa. Hrusa nam de moeite om in een uitgebreid voorwoord zijn bewondering voor Novák uit te spreken en besloot met de belofte: 'I will be standing up for Novák from now on'.

Naar nu blijkt was het label Naxos al een jaartje eerder ook gestart met een initiatief aangaande Novák, een nieuwe registratie van de orkestwerken, waarvan nu het eerste deel uitkomt. Ik schrijf opzettelijk ‘nieuwe registratie' want wie het doosje van deze cd openmaakt ziet op de bodemkaart een plaatje van een eerdere uitgave op Naxos met twee prachtige orkestwerken: In the Tatras en Eternal Longing, aangevuld met de Ouverture Lady Godiva. Daarop speelt het Amerikaanse orkest van Buffalo onder leiding van chef JoAnn Falletta.

Dit nieuwe initiatief wordt gedirigeerd door Marek Stilec (Praag, 1985), die op Naxos eerder verantwoordelijk was voor een registratie in vijf delen van de orkestwerken van Zdenek Fibich. Ik heb ze hier besproken en was niet helemaal tevreden met het Czech National Symphony Orchestra ( niet te verwarren met de Tsjechische Philharmonie !), en de droge opnamekwaliteit van de eerste vier afleveringen. Deel vijf scoorde stukken beter, want daar stond Stilec voor een ander gezelschap, het Janácek Philharmonic Orchestra van Ostrava.

Aan goede orkesten heeft Tsjechië geen gebrek, nu reisde Stilec af naar Olomouc, hoofdstad van de provincie Moravië. Het plaatselijke orkest manifesteert zich hier als een uitstekend ensemble, en de vrij kleine zaal (een voormalige balzaal) met een capaciteit van 500 heeft een warme akoestiek die een gedetailleerd klankbeeld oplevert. In de orkestratie van de Boheemse Suite valt de ongewone inzet van een piano in het orkest direct op, terwijl die in de oude opname met de Tsjechische Philharmonie onder Frantisek Vajnar nauwelijks te horen was.

Dat brengt ons op de hier ingespeelde werken, waarvan het tweede, Toman and the Wood Nymf een directe doublure betekent met de bovengenoemde uitgave van Hrusa op Supraphon. Op beide wordt uitstekend gemusiceerd – duidelijk waarneembaar is de grotere akoestiek in Praag. Wat deze cd interessant maakt is de Zuid Boheemse Suite uit 1937, die door niemand minder dan Erich Kleiber in première werd gebracht (wat ook iets zegt over de status die Novák bij leven genoot). De Suite is een wat merkwaardig aandoende maar desondanks niet minder boeiende hybride van Boheemse volksmuziek, een impressionistisch getinte orkestratie en late romantiek, kort door de bocht gelijke delen Dvorak, Debussy en Richard Strauss. De drie eerste delen zijn elegisch van karakter, Pastorale, Reverie en Mars van de Hussieten (een treurmars à la Respighi). Het laatste deel(tje), een epiloog van anderhalve minuut, combineert het hoofdthema van het eerste deel met de eerste maten van het Tsjechische volkslied. Een gebaar dat voor de Tsjechen van destijds hartverwarmend moet zijn geweest, maar voor de muziekliefhebber van nu wat gekunsteld overkomt.

Al met al een veelbelovend begin van een initiatief dat de grootste lof verdient. Na de grote Tsjechische vijf – Dvorák, Smetana, Janácek, Martinu en Suk – en terechte aandacht voor Zdenek Fibich is het nu de beurt aan Vitezslav Novák. Laten we hopen dat Stilec of Hrusa ook nog de kans krijgen om zich te ontfermen over een andere vergeten Tsjech: Johan Bohuslav Foerster.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links