CD-recensie
© Siebe Riedstra, mei 2013
|
Componist James MacMillan (1959) is Schots en rooms-katholiek, en dat mogen we horen. Al in zijn vroegste orkestwerken maakt hij dat haarscherp duidelijk. ‘The Confession of Isobel Gowdie’, over een Schotse ‘heks’ die tot de brandstapel werd veroordeeld om haar geloof, maakte hem op slag bekend door een uitvoering tijdens de Proms van 1990. ‘Veni, Veni, Emmanuel’ is de religieuze titel van een virtuoos slagwerkconcert, geschreven voor percussioniste Evelyn Glennie in 1992, en sindsdien talloze malen uitgevoerd. In Nederland kennen we MacMillan als de vaste gastdirigent van de Radio Kamer Filharmonie *, waarmee hij diverse eigen composities dirigeerde en opnam voor cd. MacMillan is een van de meest succesvolle componisten van onze tijd, en hij weet een groot publiek aan te spreken. Niet omdat hij makkelijke succesjes nastreeft, maar omdat hij een boodschap wil brengen met zijn muziek. In dat opzicht is hij een regelrechte erfgenaam van zowel Thomas Tallis als Olivier Messiaen. Het gebruik van het orgel speelt in deze machtige ruimte een cruciale rol. Dit is een instrument dat zonder meer de kwalificatie van César Franck, ‘l’orgue, c’est mon orchestre’, rechtvaardigt. De instrumentale effecten zijn voor iemand die zelf geen organist is gewoon verbluffend (MacMillan: “I’ve been around the organ a lot”). Eén voorbeeld: aan het slot van het Agnus Dei, wordt de tekst ‘Grant us peace’ ontroerend simpel gezongen in dalende paralelle tertsen. Maar het orgel doet niet mee, het beantwoord die smeekbede met een zacht gerommel in de verte, dat een angstig voorgevoel veroorzaakt. Haydn en Beethoven wisten in hun Missen een soortgelijke onrust in het slot van hun missen op te roepen. Die Vrede komt er niet, ook niet tweehonderd jaar later bij MacMillan. Jongenssopranen bepalen het geluid op deze cd, vrouwen of meisjes komen er niet aan te pas. Dat de kinderen in dit koor in staat zijn de soms hondsmoeilijke intervalsprongen in deze werken spelenderwijs te nemen is werkelijk verbluffend. De opnamekwaliteit is dat ook, gezien de moelijkheden die overwonnen moeten worden in deze immense ruimte – om over de balans tussen het koor en de massale orgelklank maar te zwijgen. Dat datzelfde instrument ook bijna onhoorbaar kan fluisteren horen we aan het begin en het slot van de mis. Dit is zels voor agnosten een cd met schitterende muziek, die altijd verrast, nooit gemakzuchtig is en bovenal diep weet te ontroeren. James MacMillan is een groot componist. _____________________ index |
|