CD-recensie
© Siebe Riedstra, mei 2023 |
In een inleidend stukje bij deze uitgave vertelt Isabelle van Keulen dat zij door toedoen van pianist Oliver Triendl kennismaakte met de muziek van Grigory Frid (niet te verwarren met de Hongaars/Nederlandse componist Géza Frid). Die kennismaking resulteerde in een samenwerking, en in 2019 brachten ze op het label Capriccio een cd uit met werken van Grigory Frid, die ik hier enthousiast heb besproken. Vooral een Dubbelconcert voor altviool, piano en strijkorkest maakte diepe indruk, al kwam dat voor een deel ook door het doorleefde spel van Isabelle van Keulen. Het succes van die uitgave smaakte naar meer, en het duo heeft besloten tot een integrale opname van de werken voor viool en altviool met pianobegeleiding van deze onderbelichte toonmeester. Hier presenteren ze het eerste deel, de complete werken voor viool en piano. Grigory Frid werd geboren in 1915 in (toen nog) Petrograd in een intellectueel joods milieu. Vader was muziekcriticus en moeder studeerde als pianiste af aan het conservatorium van St Petersburg. Van haar kreeg Grigory zijn eerste pianolessen. Zijn vader werd onder het regime van Stalin veroordeeld tot vijf jaar dwangarbeid, en zo verhuisde het hele gezin naar Zuid-Siberië, waar Grigory in Irkoetsk aan zijn muziekopleiding begon. Na zijn terugkeer studeerde hij af in Moskou bij Vissarion Sjebalin. Frid heeft zich in Moskou sterk gemaakt als organisator van concerten voor jonge componisten (Moscow Music Club) en als docent. Hij was ook actief als beeldend kunstenaar en schrijver van memoires. In zijn muziek zien we een verwantschap met Sjostakovitsj, een eigenschap die ze deelt met Mieczieslaw Weinberg. Net als de pas onlangs weer in de belangstelling teruggekeerde Weinberg verdient zijn muziek een breder publiek. Bekendheid heeft Frid ook in het westen verworven met zijn kameropera The Diary of Anne Frank uit 1969, waarvan op het label Brilliant een opname verscheen die ik hier eveneens heb besproken. Frid overleed op de gezegende leeftijd van 97 jaar in 2012 in Moskou. De ontwikkeling van Frid als componist is op deze uitgave chronologisch te volgen. Hij hield zich in het begin van zijn carrière keurig aan de geldende regels van de naoorlogse Sovjet-Unie. The Calender of Nature uit 1949 bestaat uit een tiental vignetten, geïnspireerd door onderwerpen uit de natuur (konijntjes, vossenjacht), in een idioom dat we kennen uit de danssuites van Sjostakovitsj, maar dan zonder de ironie. Het Divertimento uit 1969 sluit daarbij aan in een neobarok idioom. In de drie vioolsonates die achter elkaar zijn vastgelegd horen we hoe eerst de invloed van Bartók (Muziek voor snaarinstrumenten) doorsijpelt, waarna we in de derde vioolsonate uit 1968 worden geconfronteerd met een harde stijlbreuk. Het is alsof we naar een andere componist luisteren, die de invloeden van de twaalftoonstechniek ondergaan heeft. Frid heeft de verworvenheden van Schönberg echter niet dogmatisch gevolgd, maar ze in zijn eigen schrijfwijze verweven. Verscheen de vorige cd nog op het label Capriccio, met deze uitgave verhuizen Isabelle van Keulen en Oliver Triendl naar het label Challenge. Wat bleef is de samenwerking met producer Stefan Lang namens de Duitse publieke omroep (Deutschlandfunk Kultur) in een schitterende opname. Isabelle van Keulen is een van de weinigen die zich op de viool zowel als de altviool al bijna vier decennia in een internationale reputatie mag verheugen. Oliver Triendl bewijst met zijn verzorgde spel opnieuw een uitgelezen instinct te bezitten voor veronachtzaamd repertoire dat er werkelijk toe doet. Het vervolg met de complete werken voor altviool en piano kan niet vroeg genoeg verschijnen. index |
|