CD-recensie
© Siebe Riedstra, mei 2019 |
Antonio de Cabezón (c.1510-1566) was blind. Toch heeft hij kans gezien om een glimp van zijn muzikale fantasie na te laten. Zijn zoon Hernando, zelf ook componist/organist, publiceerde postuum (in 1570) een bundel met het merendeel van de werken van Antonio onder de titel Obras de música para tecla, arpa y vihuela. De tecla is een toetseninstrument, de vihuela is een voorloper van de gitaar en de viola da gamba . De Nederlandse toetsenist Léon Berben heeft voor het label Aeolus een welgevuld overzicht van zijn werken voor tecla ingespeeld. Hij koos daarvoor een van de oudste orgels dat hij kon vinden, niet in Spanje, maar in Duitsland. In het voorjaar van 2017 werd Léon Berben benoemd tot titularis van het gothische orgel van de St. Andreas Kirche in Ostönnen, een van de oudste bespeelbare orgels ter wereld. Hij heeft de zorg voor een jaarlijkse concertserie en wil meer aandacht voor dit instrument door middel van cd-opnamen. Deze uitgave is de eerste vrucht van die samenwerking. Het eerste deel van de begeleidende tekst bestaat uit een toelichting van Berben zelf, het tweede deel is een nogal specialistisch orgelbouwkundig vraaggesprek over de motivatie voor de keuze van juist dit instrument met orgeldeskundige Koos van de Linde. Dat gesprek gaat over drie orgels, waarvan er maar een op deze cd tot klinken komt - voor de leek enigszins verwarrend, voor de kenner boeiend. Daarna doet Van de Linde de geschiedenis van het orgel uitgebreid uit de doeken. Zodra de cd in de speler belandt breekt de zon door, want Berben en Cabézon zijn voor elkaar gemaakt. Op een orgeltje met slechts één klavier voelen ze zich thuis. Berben maakt in zijn toelichting duidelijk dat Cabezón slechts blauwdrukken heeft nagelaten van werken die de fantasie van uitvoerenden hard nodig hebben. Hij laat horen hoe dat kan uitpakken. Prachtig. index |
|