![]() CD-recensie
© Siebe Riedstra, januari 2015
|
'Het Vioolconcert' van Max Bruch behoort al bijna anderhalve eeuw tot de toptien van meestgespeelde vioolconcerten. Joseph Joachim gaf de eerste uitvoering van de definitieve versie in 1868, en zowel hij als Pablo de Sarasate namen het direct in hun repertoire op. Met zulke kanonnen in de aanslag had Bruch geen keuze, en in de loop van zijn lange carrière verscheen het ene na het andere werk voor viool en orkest. Eind jaren 1970 nam Salvatore Accardo ze allemaal op voor het label Philips, bijgestaan door het Gewandhausorchester onder chef-dirigent Kurt Masur. Ruim een kwart eeuw waren we op deze uitgave aangewezen, en nog steeds vormt ze een onmisbare hoeksteen in de discografie van Bruch. Maar er is verandering op komst. De niet te stuiten opmars van de kleine labels veroorzaakt in de eenentwintigste eeuw een lawine aan registraties van onbekend repertoire. Met als gevolg een onverwachte rijkdom aan nieuwe opnamen van Bruchs vioolwerken. Recentelijk kwamen hier maar liefst drie nieuwe opnamen van de Schotse Fantasie aan de orde: Ning Feng (Channel), Nicola Benedetti (Decca) en Antje Weithaas (CPO). Nu heeft het label Hyperion besloten dat het tijd wordt om Max Bruch op te nemen in het pantheon van The Romantic Violin Concerto. Men gaat voortvarend aan het werk, want op de website van solist Jack Gottlieb wordt de tweede aflevering al aangekondigd. Gottlieb kiest hier naast de Schotse Fantasie voor het Derde vioolconcert, Antje Weithaas koos het Tweede. Wat het Derde vioolconcert betreft: er is nog een opname die ik beslist moet noemen, gemaakt door de vijftienjarige (!) Chloë Hanslip voor het label Warner, en uitgebracht in 2002. Een sensatie! Voor nieuwsgierige vioolliefhebbers is deze cd te beluisteren op Spotify - als interessante bijkomstigheid valt te melden dat dirigent Martyn Brabbins dezelfde is, maar dat hij op Warner het London Symphony Orchestra tot zijn beschikking heeft. De eerlijkheid gebied me om op te merken dat Brabbins in Londen meer uit de partituur weet te halen dan in Glasgow, en dat geldt tevens voor de kwaliteit van orkestspel en opname. De Britse violist Jack Liebeck (1980) maakte een vliegende start met twee opnamen voor het label Sony, maar zoals wel vaker kwam de trein al snel tot stilstand. Hij maakte de overstap naar Hyperion met charmante salonmuziek van Fritz Kreisler, en dit is daar zijn eerste opname met orkest. Hij ontlokt een slank geluid aan zijn Guadagni 'ex-Wilhelmj' uit 1785 - zonder romantische excessen. Het resultaat is een cd die zich met plezier meerdere malen laat beluisteren. De opname is gemaakt in de 'thuiszaal' van het orkest en is aan de droge kant van warm en doorzichtig. Dat betekent dat de solist alle ruimte krijgt zonder zich te hoeven forceren. Wat ik nog niet heb vermeld is dat dit zelden gespeelde Derde vioolconcert van Bruch een meesterlijk stuk muziek is dat de confrontatie aangaat met dat van Johannes Brahms, zowel naar de vorm als de omvang. Het duurt maar liefst zo'n veertig minuten - het eerste deel werd gepland als een zelfstandig Concert-Allegro. Op aandringen van Joseph Joachim is het toch een driedelig concert geworden, en zowel hij als De Sarasate hebben hun uiterste best gedaan om het onder de publieke belangstelling te brengen. Helaas, Bruch heeft het zichzelf niet gemakkelijk gemaakt door op zijn dertigste in de roos te schieten met zijn onsterfelijke Eerste vioolconcert. index |
|