CD-recensie

 

© Siebe Riedstra, februari 2020

Beethoven: Symfonie nr. 3 in Es, op. 55 'Eroica'

(R.) Strauss: Metamorphosen

Sinfonia Grange au Lac o.l.v. Esa-Pekka Salonen
Alpha 544 • 75' •
Opname: juli 2018, La Grange au Lac, Évian (F)

   

Berkenstammen. Dat is het eerste wat opvalt aan de concertzaal La Grange au Lac (De Schuur bij het Meer) in het Franse Évian. In 1993 gebouwd voor en als hommage aan Mstislav Rostropovitsj, in de gedaante van een dacha en de vorm van een cello, en geheel uit hout opgetrokken. Terwijl je zit te luisteren kijk je naar veertig berkenstammen en ruik je de geur van het bos in een weldadige akoestiek. Het Festival van Évian is al enige decennia een begrip, maar sinds de editie van 2018 heeft het ook een eigen Festivalorkest: de Sinfonia Grange au Lac. Een gelegenheidsorkest van bescheiden omvang dat samengesteld is uit topmusici van gerenommeerde orkesten. Voor de eerste editie werd Esa-Pekka Salonen aangetrokken als dirigent, en het resultaat is op deze cd te horen. Salonen koos voor een programma met een melancholieke rode draad: de treurmars uit de Sinfonia Eroica van Ludwig van Beethoven. Die wordt namelijk geciteerd in de slotmaten van de Metamorphosen voor 23 strijkers, de treurzang die Richard Strauss in 1945 pende om het verlies van zijn geliefde Münchense operahuis.

De Finse componist en dirigent Esa-Pekka Salonen (1958) was van 1992 tot 2009 chef-dirigent in Los Angeles, een ongewoon lange aanstelling voor een jonge maestro. Men zou verwacht hebben dat hij daarna de overstap naar een toporkest zou hebben gemaakt, en sommige muziekcritici waren teleurgesteld dat niet hij, maar Jaap van Zweden de nieuwe chef werd in New York. Vooral omdat hij bij dat orkest in de jaren daarvoor de uiterst succesvolle composer-in-residence was. Salonen is in menig opzicht de gedroomde eenentwintigste-eeuwse dirigent: een man die het vak van componist net zo serieus neemt als het beroep van dirigent, en die in beide kwaliteiten door orkesten en publiek serieus wordt genomen. Als dirigent heeft hij in de eerste plaats naam gemaakt met zijn interpretaties van twintigste-eeuwse klassiekers en eigentijdse collega-componisten. De Weense klassieken en de grote romantici maakten in L.A. uiteraard deel uit van zijn repertoire, maar op discografisch gebied wist hij faam te verwerven met zijn registraties van Stravinsky en Lutoslawski, om maar een paar voorbeelden te noemen.

Het aardige van componerende dirigenten als Salonen en Eötvös is de nieuwsgierige blik die zij loslaten op de eerbiedwaardige partituren van hun voorgangers. Zij zoeken niet naar epaterende bijwegen, maar speuren naar de paden van de structuur. Bij Richard Strauss, zelf ook een dirigerende componist, kan dat in beide gevallen - Alpensinfonie, Heldenleben, Sinfonia Domestica - rampzalige gevolgen hebben. In een abstract werk als de Metamorphosen heeft de dirigerende componist het voordeel van de analyse. Salonen begrijpt deze partituur van binnen uit - een stuk dat niets anders wil zijn dan gesublimeerde kamermuziek. Een strijkkwartet voor 23 musici. Het omfloerste tranendal dat in de slotmaten van dit verpletterende opus zo voor de hand ligt, weet Salonen te vermijden door zijn ogen open te houden. Hij kijkt door heldere tranen. De akoestiek van de Grange werkt wonderen - het is alsof ieder van de 23 musici zich bewust was van de geest van Mstislav Rostropovitsj.

Zestigplusser is Salonen nu. Dat hij zijn kijk op de negen symfonieën van Ludwig van Beethoven nog steeds niet heeft vastgelegd siert hem (natuurlijk heeft hij ze in de praktijk van zijn chefschap talloze malen vertolkt). Wanneer na de wanhopig verdrietige slotmaten van de Metamorphosen de vuist van Beethoven neerdaalt is het even schrikken. De akoestiek van de schuur weet minder raad met de grotere bezetting - of dirigent en opnameteam kozen voor een zo sober mogelijk klankspectrum. Toch krijgt men al luisterend het gevoel dat deze Beethoven zich in de Walt Disney Concert Hall in L.A. beter thuis gevoeld zou hebben. En misschien geldt datzelfde wel voor Salonen. Zijn respect voor Beethoven is overduidelijk, maar dat vertaalt zich in afstandelijkheid, en als luisteraar wordt je niet gegrepen - je kijkt toe in bewondering.

Dit is een momentopname die de nadruk legt op de superieure kwaliteit van het orkest, de schitterende akoestiek van de zaal en bovenal op de adembenemend heldere opnamekwaliteit.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links