|
CD-recensie
© Siebe Riedstra, augustus 2014
|
Adams: City Noir - Saxofoonconcert
Timothy McAllister (altsaxofoon), St. Louis Symphony o.l.v. David Robertson
Nonesuch 541356 • 64' •
Opname: febr 2013 (City Noir) en okt 2013, Powell Hall, St. Louis
| |
|
Yeah, my concerto's a bit highly caffeinated
John Adams over zijn saxofoonconcert
Op 8 oktober 2009 stond Gustavo Dudamel voor het eerst als chef-dirigent voor zijn Los Angeles Philharmonic in de Walt Disney Concert Hall. Het programma werd geopend met een nieuw stuk van John Adams, opgedragen aan de stad Los Angeles, met de titel City Noir - Adams is niet alleen een geniale notenvinder, de titels van zijn stukken zijn al even bijzonder, en treffend! City Noir verwijst naar de periode rond 1950, en het genre noir in film en literatuur. Het gaat Adams niet om concrete klanken uit die periode, maar om de sfeer - en dat is dezelfde sfeer die je opsnuift in de eigenwijze filmmuziek van Bernard Herrmann. Ook de jazzmuziek van die periode spreekt een woordje mee, en het was voor Adams dan ook niet meer dan logisch dat een hoofdrol zou worden weggelegd voor de saxofoon - een noir instrument bij uitstek. In het langzame deel mag de trombone losgaan in een hartverscheurende bluessolo, en in het laatste deel krijgt de trompet zijn kans. Dit is ook volgens de componist een symfonie in alles, behalve naam. De eer van de première ging naar Los Angeles, maar de opdracht werd verstrekt door een vijftal organisaties, waaronder de Nederlandse Zaterdagmatinee. Op 20 november 2011 was het zover, John Adams (1947) dirigeerde het Radio Filharmonisch Orkest in het Amsterdamse Concertgebouw. De Publieke Omroep was erbij en het resultaat is te bewonderen op Youtube. Een indrukwekkend en ontroerend document - een componist die zijn eigen noten tot leven brengt en aan het eind zo blij is als een kind.
De saxofoonpartij werd bij de eerste uitvoering geblazen door Timothy McAllister, en kennelijk beviel de kennismaking, want in augustus 2013 presenteerde hij in Sydney (Australië) de wereldpremière van het saxofoonconcert van John Adams, gedirigeerd door de componist. Voor de verandering geen stuk met een pakkende naam, gewoon saxofoonconcert. John Adams is vanaf zijn vroegste jeugd vertrouwd met de saxofoon, vader Adams speelde in een bigband en draaide platen van Stan Getz, Charlie Parker en John Coltrane. Zelf speelde John in zijn jonge jaren klarinet, goed genoeg om als vaste vervanger mee te draaien in het Boston Symphony Orchestra. Als je destijds in Amerika klarinet speelde was je automatisch ook saxofonist - John Adams was geen uitzondering. Uitzonderlijk is wel het feit dat Adams na een grondige opleiding aan de oostkust van Amerika, goed getraind in de twaalftoonsleer van Arnold Schönberg, besloot dat het anders moest. Hij stouwde zijn bezittingen in een Volkswagentje en vertrok naar Californië. Hij streek neer in San Francisco, wist de aandacht te trekken van Edo de Waart, en de rest is geschiedenis.
Met dit saxofoonconcert betaalt Adams zijn vader terug voor een onbetaalbare opvoeding. Zonder albums als Focus van Stan Getz en Charlie Parker with strings is dit saxofoonconcert ondenkbaar. Het mooie is dat de onuitwisbare indruk die deze klanken op het jongetje Adams hebben gemaakt, een halve eeuw later vertaald worden in een volkomen nieuw geluid. We kennen allemaal de wanhopige pogingen om jazz en klassieke muziek samen te laten komen in een nieuw genre. Er werd zelfs een hopeloze naam voor verzonnen: Third Stream. Maar helaas, ondanks de geniale pogingen van Gunther Schuller, Rolf Liebermann en Jurriaan Andriessen wilde het maar niet lukken. Niet zo verwonderlijk, het tijdsbeeld verlangde een hybride - een tijdelijke oplossing die tot mislukken is gedoemd. Adams pakt het anders aan omdat hij is opgegroeid met de klanken van Getz en Coltrane. Hij weet hoe een saxofoonconcert in de eenentwintigste eeuw moet klinken. Het symfonieorkest wordt een bigband, de solist heeft geen boodschap aan de Franse traditie van Adolphe Sax, maar steekt de oceaan over, waar het instrument een geheel eigen traditie heeft veroverd.
Het orkest van St. Louis staat niet op het lijstje van opdrachtgevers voor deze baanbrekende partituren. Een slimme concertprogrammering maakte mogelijk dat beide stukken binnen enkele maanden door dit orkest konden worden opgenomen voor het label Nonesuch, het vaste label van John Adams. David Robertson is de opvolger van Hans Vonk in St. Louis, en heeft een gedegen achtergrond in het uitvoeren van nieuwe partituren. Dirigent en orkest waren ook verantwoordelijk voor de opname van de Dr. Atomic Symphony van Adams, eveneens uitgebracht op Nonesuch en hier besproken. Dit is een schitterende schijf, die bewijst dat John Adams een duurzame componist is die zichzelf blijft vernieuwen in muziek die mensen van nu aanspreekt door in alle opzichten eigentijds te klinken.
|
|