CD-recensie
© Maarten Brandt, september 2022 |
Beweren dat de Duitse dirigent Michael Gielen (1927-2019) tot de meest veelzijdige dirigenten ooit behoort, of het moeten Hans Rosbaud, Bruno Maderna en Ernest Bour zijn, staat haast gelijk aan het intrappen van een open deur. Maar wie van de huidige en laat staan: opgroeiende generatie muziekliefhebbers kent deze namen nog? Verreweg de meeste orkestleiders, en de jongeren daaronder veelal evenzeer, reizen de wereld rond met een in de regel uiterst beperkt repertoire en een warsheid ten aanzien van de eigentijdse toonkunst , enkele uitzonderingen daargelaten. En natuurlijk zijn er, om ons nu tot de situatie bij ons te beperken, namen te noemen van veelzijdige dirigenten als Ed Spanjaard, Jac van Steen en Antony Hermus, waarbij zij aangetekend dat met name de twee eerstgenoemden – ondanks hun onbetwist enorme staat van dienst - in eigen land ternauwernood kansen krijgen geboden. Hoogstaande ‘künstlerische Moral' Hoe veelzijdig diens oriëntatie is, daarvan geeft de monumentale en 10 riante cdboxen omvattende Gielen-Edition in alle toonsoorten blijk. De inhoud daarvan varieert van de grote klassieken via complete Bruckner- en Mahlercycli tot en met de meest uitgekiende composities van de onverdunde ‘hard core' avant-garde waarbij het adagium van Alban Berg ‘Men moet moderne muziek vertolken alsof zij klassiek is en klassieke muziek alsof zij modern is” tot ondubbelzinnig uitgangspunt dient. ‘Klassiek' in de ruimste zin van het woord mag men de klinkende erfenis van de nestor van de Franse avant-garde Olivier Messiaen noemen. Zelfs niet echt in de moderne muziek doorknede concertbezoekers kennen zijn naam wel. Daarbij valt bovenal aan zijn exuberante Turangalîla-symfonie een zekere cult status niet te ontzeggen, ook al kan het werk zich qua populariteit niet meten met menig werk van Pärt en Glass. Klap op de vuurpijl Ik ben het hartgrondig met Boulez eens, dit is Messiaen op zijn best en meest doorwrocht. En ook zijn meest ongenaakbaarst. Alleen moet je dat als dirigent wel overbrengen. Dus no nonsens en gespeend van onverschillig welke mooidoenerij. En dat is precies wat Gielen hier doet, als gevolg waarvan de puurheid en de kracht van deze nog steeds te weinig bekende en deels zeer weerbarstige muziek het volle pond krijgen, daarbij geholpen door een fraaie en scherp getraceerde opname, waardoor geen detail onderbelicht blijft. Of het bij Chronochromie (en de andere op bovenstaande disc gedocumenteerde vertolkingen) om live vastgelegde uitvoeringen gaat, kan ik uit het boekje niet opmaken. Maar mocht dit laatste het geval zijn, dan is mijn bewondering voor het resultaat nog groter, want er valt moeilijk een veeleisender opus van de Franse meester te bedenken dan dit magistrale en deels uiterst bonte orkeststuk waarin tevens een dankbare rol voor de slagwerkers (xylofoon, marimba etc.) is weggelegd, die al even imposant tot klinken komt. Tederheid, devotie en mystiek index |
|