CD-recensie

 

© Maarten Brandt, maart 2013

 

 

Bach: Johannes-Passion BWV 245 (versie 1724)

Ian Bostridge (tenor - evangelist), Neal Davies (bas - Christus), Carolyn Sampson (sopraan), Iestyn Davies (countertenor), Nicholas Mulroy (tenor), Roderick Williams (bas), Polyphony en Orchestra of the Age of Enlightenment o.l.v. Stephen Layton

Hyperion CDA67901/2 • 1.58' • (2 cd's)

Opname: 10-13 april 2012, All Hallows Church, Londen


Vanaf de eerste inzet is het aan geen enkele twijfel onderhevig wat Stephen Layton voor ogen staat: een Johannes-Passion waar de dramatiek van begin tot eind van afspat. De ritmische cadans in de bas van het verschroeiende openingskoor lijkt hier duidelijk de geseling van Christus te verbeelden. En het koor schreeuwt het "Herr" er uit op een wijze die de luisteraar meteen verweest achterlaat. Eigenlijk heel - en ik bedoel dat positief - on-Engels zodat Bach's Johannes, waar veel voor valt te zeggen, een bijkans expressionistische inslag krijgt. Die 'drive' blijft de gehele uitvoering gehandhaafd, waardoor het realistische karakter van deze passiemuziek onafgebroken manifest is, maar waarbij toch zoveel reserve door de dirigent is ingebouwd dat er nog voldoende kruit overblijft om gedurende het verdere verloop van het werk te verschieten. Ondanks de wilde opzwepende allure van het aanvangskoor en de vurigheid van de talloze turbae weet het koor Polyphony over de gehele linie een bewonderenswaardige homogeniteit aan de dag te leggen. Layton verstaat daarbij optimaal de kunst om vervoering en discipline naadloos met elkaar te verbinden.

Wie op grond hiervan zou verwachten dat de dirigent overal voor hypersnelle tempi opteert, heeft het mis. In de koralen valt soms een opvallend uitgebalanceerde benadering op, speciaal in het slotkoraal van het werk "Ach Herr, lass dein lieb'Engelein", maar ook in het daaraan voorafgaande "Ruht wohl" waarvan de meditatieve resignatie me soms aan de eerste opname onder Herreweghe (Harmonia Mundi) deed denken. In drie van de koralen - "Wer hat dich so geschlagen", "Ach grosser König" en het al genoemde slotkoraal - laat Layton het geheel deels a capella zingen; als appendix bij deze uitgave zijn diezelfde koralen nogmaals opgenomen maar dan in de volledige instrumentaal begeleide versie. Maar mijn voorkeur gaat ondubbelzinnig naar de afwisseling tussen instrumentale omlijstingen en de a capella-episodes uit.

Cesuren
Aan het royale vibrato van de Christuspartij door Neal Davies zullen sommigen even moeten wennen, maar dat wordt in ruime mate gecompenseerd door de indringende en retorische wijze waarop laatstgenoemde aan de tekst gestalte geeft. Overigens is Bostridges stemgeluid soms al evenmin van een rijk vibrato gespeend, maar is het tegelijkertijd ook weldadig scherp, helder en ongekend expressief. Wanneer de dramatische wendingen zulks vereisen worden tevens imposante cesuren ingebouwd (zoals bij de verloocheningscène), om de spanning nog verder te intensifiëren. Wat me bij vlagen in de tenoraria's van Nicholas Mulroy - en ook wel eens bij de evangelistenpartij van Bostridge, trouwens - opviel, is het wel erg benadrukken van de medeklinker 'n', wat verder niet wegneemt dat zijn aandeel - in de beruchte aria "Erwäge" nog beduidend meer dan in "Ach, mein Sinn" - doorgaans uitermate weet te imponeren.

Troeven
Roderick Williams speelt in het bijzonder zeer hoge troeven uit in het "Eilt, ihr angefochtnen Seelen", daarbij qua ritmische profilering messcherp bijgestaan door de strijkers van het Orchestra of the Age of Enlightenment onder Layton. Over de countertenor Iestyn Davies kan eveneens in positieve zin worden bericht, getuige een voorbeeldig uitgekristalliseerde en zowel op de korte als de lange afstand dito genuanceerde vertolking van "Es ist vollbracht" (met een prachtige viola da gamba van Richard Tunnicliff). Is dit alles al voldoende reden deze nieuwe Johannes in uw aandacht aan te kunnen bevelen, het schitterende aandeel van sopraan Carolyn Sampson is dat eens te meer. In beide aria's komt zij zowel puur vocaal als qua inhoudelijke doorleefdheid uitmuntend voor de dag. Opvallend is dat zij in de altijd opnieuw weer aangrijpende aria "Zerfliesse, mein Herze", in tegenstelling tot veel van haar huidige collega's, geen stokkende articulatie aanbrengt bij het woord 'Tod' tijdens het bijna slot, maar dat zij de geladenheid daarvan op een hoogst enerverende wijze beklemtoont door de even daarna - om precies te zijn bij 'dein' - duidelijk hoorbare ademtocht, met als uitkomst een bijkans even indrukwekkend resultaat als Maria Keohane in de spraakmakende Mirare-opname onder Pierlot ( klik hier voor de bespreking) .

Essay
De akoestische ambiance van de Londense All Hallows Church leent zich ideaal voor deze volbloedig klinkende opname, die bovendien uiterst - maar gelukkig nooit wollig - basrijk in de bytes is gevangen. Dit met als gevolg dat de door Layton en de zijnen voorgestane en van soms ongemeen bont uitpakkende dynamische contrasten voorziene verklanking het volle pond krijgen. Rest nog te melden dat het boekje onder meer een uitstekend essay van de grote Bach-expert Christoph Wolff bevat waarin men 'in a nutshell' uitstekend wordt geïnformeerd over de complexe ontstaansgeschiedenis van de Johannes-Passion en alle versies.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links