CD-recensie

 

© Kees de Leeuw, augustus 2010

 

 

Davidoff: Celloconcert nr. 3 in D, op. 18 - nr. 4 in e, op. 31.

Tsjaikovski: Nocturne op. 19 nr. 4 - Pezzo capriccioso op. 62 - Andante cantabile op. post. (naar Strijkkwartet nr. 1 in D, op. 11).

Wen-Sinn Yang (cello), Shanghai Symfonieorkest o.l.v. Terje Mikkelsen.

CPO 777 432-2 • 72' •

 


Carl (Karl) Davidoff (1838-1889) werd in Letland geboren, dat toen tot Rusland behoorde. In diverse boeken over Russische muziekgeschiedenis wordt hij niet of amper genoemd. De oorzaak hiervan is waarschijnlijk dat Davidoff meer bekendheid genoot als uitvoerder dan als componist. Tsjaikovski noemde hem “de tsaar onder de cellisten.”

Davidoff studeerde in Sint-Petersburg bij Friedrich Grützmacher en Moritz Hauptmann aan het conservatorium van Leipzig. Hier was hij als solocellist verbonden aan het Gewandhausorkest. Na enkele jaren hier te hebben doorgebracht ging hij terug naar Rusland. In Sint-Petersburg was hij twintig jaar solocellist bij het orkest van het Keizerlijk Theater. Hij was ook docent aan het plaatselijk conservatorium. In 1876 werd hij directeur van deze instelling, een baan die ook Tsjaikovski graag had willen hebben.

Als componist concentreerde hij zich vooral op de cello. Een opera, Poltava, naar Poesjkins gelijknamige werk, bleef onvoltooid. Het libretto liet hij aan Tsjaikovski die het later gebruikte voor zijn opera Mazeppa. Davidoff componeerde vier celloconcerten, waarvan tot voor kort alleen de eerste twee bekend waren. Ze werden teruggevonden en verschijnen nu op cd als wereldpremières.

Het label CPO bracht enkele jaren geleden de eerste twee concerten uit, aangevuld met de Rococo-variaties van Tsjaikovski. Het was een heruitgave van een opname uit 1999, die destijds op cd verscheen bij het label La Vergne Classics. Op deze nieuwe cd is er opnieuw voor gekozen om de werken van Davidoff te completeren met cellowerken van Tsjaikovski. Een consequente, maar licht betreurenswaardige keus. Immers, van de cellowerken van Tsjaikovski bestaan al veel meer opnamen. Het zou daarom plezierig zijn geweest als er andere werken van Davidoff waren opgenomen. Hij componeerde nog twee werken voor cello met orkest en er is ook nog keus uit werken voor cello met piano.

De concerten zijn rijk aan melodie, elegant en voor de solist bijzonder uitdagend. Als Davidoff ze zelf niet zou hebben gespeeld is het niet ondenkbeeldig dat ze als “onspeelbaar” zouden zijn afgedaan in de negentiende eeuw. Het is duidelijk dat de componist zijn instrument tot in de finesses beheerste. Prachtige expressieve muziek en zeker voor liefhebbers van virtuositeit op cellogebied.
Helaas, de orkestbegeleiding is minder interessant. Niet slecht, maar weinig opvallend en meestal net zo min origineel. Het ontbreekt aan ontwikkeling, ondanks het vaak hoopvolle begin van de meeste delen, met saaiheid als gevolg. Davidoff is duidelijk beïnvloed door Schumann, maar mist zijn kwaliteiten. Opmerkelijk is dat het vierde concert enkele dramatische, spannende momenten kent die erg lijken op het celloconcert van Dvorák, dat nog gecomponeerd moest worden. Dvorák heeft dus dankbaar gebruik gemaakt van enkele goede ideeën van Davidoff, die bij tijd en wijle dus ook briljante momenten had. Toch is er een tamelijk groot contrast in kwaliteit tussen de cellopartij en de orkestpartijen.

De drie werken van Tsjaikovski zijn in zijn totaliteit kwalitatief beter, maar zeker van de nocturne en het andante cantabile bestaan al vele goede opnamen (bijvoorbeeld met Wallfish, Bailey, Kniazev, Dmitri Ferschtman) waaraan Yang niet echt iets toevoegt.

De techniek en virtuositeit van de Zwitsers/Taiwanese cellist is fenomenaal. Maar ik mis soms de melancholie en de zangerigheid van het instrument. Het is meer dan eens net te onderkoeld en te emotieloos. Op andere momenten vervoert hij de luisteraar echter en toont Yang zich als fenomenaal en bevlogen musicus.

De dirigent weet het orkest niet tot grootse prestaties te brengen. Hij mist de inspiratie om deze wat mindere muziek een extra impuls te geven. Het klinkt weleens te lomp en te massaal. Als er meer aandacht was geweest voor verfijning en detaillering was het resultaat zeker beter geweest.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links