![]() CD-recensie
© Kees de Leeuw, juni 2016
|
Dat het label CPO een fijne neus heeft voor onbekende componisten die kwalitatief hoogstaande werken componeerden mag bekend zijn. In dit geval gaat het om de in Silezië geboren Robert Radecke (1830-1911). In de muziekencyclopedie Grove is er geen lemma over hem te vinden en het lijkt er zeer sterk op dat dit de eerste cd is die aan Radecke gewijd is. Radecke kreeg zijn eerste lessen van zijn vader, die cantor was. Al op tienjarige leeftijd verving Robert incidenteel zijn vader als organist in de kerk. Na het Gymnasium in Breslau bezocht de jonge Radecke het conservatorium in Leipzig. Tot zijn leraren behoorden onder meer Ignaz Moscheles, Ferdinand David en Moritz Hauptmann, de cantor van de Thomaskirche. Radecke deed examen als dirigent met een eigen symfonie, als violist met het concert van Mendelssohn Bartholdy en tot slot als pianist met Schumanns pianoconcert. In het getuigschrift werd opgemerkt dat hij "wird stets zu den hervorragendsten Schülern des Leipziger Konservatorium gezählt werden." Radecke liet zo'n 200 composities na waaronder veel liederen, naast onder meer werken voor piano en orgel. Slechts een klein deel van zijn oeuvre heeft een opusnummer. Veel grootschalige werken componeerde hij niet en zijn oeuvre voor orkest is dus klein. Dat hij niet meer componeerde is te wijten aan zijn drukke beroepsleven en aan het vroege overlijden van zijn vrouw waardoor hij als weduwnaar voor een groot gezin moest zorgen. De mooie ouverture König Johann naar Shakespeare uit 1860 doet erg sterk aan Mendelssohn denken en het is duidelijk dat Radecke zijn eigen stijl nog moest ontwikkelen. Radecke was een uitstekend vakman die dankbaar maar goed gebruik gemaakte van de vindingrijkheid van meer geniale collega's. Een weinig bekend maar gedegen orkest en dirigent maken zich sterk voor deze muziek en bezorgen de liefhebber van romantische orkestmuziek ruim een uur luistergenoegen. De uitgave van deze cd kwam tot stand dankzij vrienden van het orkest en andere particulieren, onder wie achterkleinzoon Christian Radecke - die een deel van het tekstboekje schreef - maar bovenal de uitgave financieel substantieel steunde. index |
|