CD-recensie

 

© Kees de Leeuw, februari 2009


 

Pfitzner: Pianokwintet in C, op. 23 (1908) - Sextet in g, opus 55 (1945).

Ensemble Ulf Hoelscher.

CPO 777 395-2

 

 

 

 


De muziek van Hans Pfitzner is vaak de moeite waard om beluisterd te worden. Maar de componist zelf is nogal omstreden vanwege zijn nationalistische en antisemitische houding. Helaas betekent dit dat zijn muziek minder vaak gespeeld wordt dan zij verdient. Over het nationalisme en het antisemitisme van Pfitzner zijn vele artikelen en zelfs boeken geschreven. Als men e.e.a. goed bestudeert blijkt dat de componist trots was op de prestaties van zijn vaderland, met onder meer zijn grote componisten en dichter/schrijver Joseph von Eichendorff. De componist was gefrustreerd over de 'behandeling' van zijn land na de Eerste Wereldoorlog. Maar hij werd geen lid van de nazi-partij en zelfs Arnold Schönberg oordeelde in 1947 overwegend positief over de houding van zijn collega. Pfitzner was conservatief op muziekgebied en schreef weinig vleiend over moderne 'entartete' muziek, waarbij ook de joden het moesten ontgelden. Hij zette zich echter wel in voor zijn Joodse vriend Paul Cossmann, nadat deze in een concentratiekamp was geïnterneerd. In elk geval blijft het merkwaardig dat het werk van Hans Pfitzner zelden los wordt gezien van zijn gedachtegoed en zijn handelen tijdens het Derde Rijk, terwijl dat bij andere componisten veel minder blijkt te spelen.

Het label CPO heeft zich zeer sterk gemaakt voor het werk van Pfitzner en trekt zich dus niets aan van zijn slechte reputatie. Naast een complete uitgave van zijn liederen, verschenen verschillende vocale en symfonische werken, soloconcerten en kamermuziek op cd. De nieuwste aanwinst is een cd met het Klavierkwintet op. 23 en het Sextet op. 55. Dankzij dit ondernemende label is het leeuwendeel van het oeuvre van Hans Pfitzner inmiddels op cd beschikbaar.

 
  Hans Pfitzner (1869-1949)

Het zal duidelijk zijn, Hans Pfitzner was bepaald geen nieuwlichter, met  Robert Schumann als zijn meest geliefde componist. Het vierdelige kwintet bevat, evenals dat van Schumann, een treurmars (derde deel). Wellicht is dit langste deel, het adagio, het meest interessant. Ook al is het eerste deel schatplichtig aan Brahms, dat betekent nog niet dat Pfitzner geen eigen originele ideeën had. Het zijn juist de verrassende invallen die de luisteraar soms op het verkeerde been zetten, waarbij de samenhang niet altijd op het eerste gehoor ontdekt wordt. Hier is dan ook Pfitzner aan het woord, groeiend naar een hoogtepunt (dat hij met zijn opera Palestrina inderdaad zou bereiken). Het uit 1908 stammende werk werd aan zijn vriend Bruno Walter opgedragen.

Het Sextet op. 55 voor klarinet, viool, altviool, cello, contrabas en piano is een van de laatste werken van Pfitzner. Het werd voltooid in 1945, inmiddels een gebrekkige man van 76 jaar, als vluchteling verblijvend in een ziekenhuis. Zijn vrouw en drie kinderen waren reeds overleden, zijn huis in München gebombardeerd.

Door de nazi's had hij niet de erkenning en waardering gekregen waarop hij aanvankelijk gehoopt had. Wie echter een wrange compositie van een verbitterd en gedesillusioneerd man verwacht, komt bedrogen uit. Het sextet, met zijn onbekommerde en opgewekte stemming,  ademt bijna een sfeer van een compositie die rond 1800 ontstaan had kunnen zijn. Het is sowieso niet echt gecompliceerd, een terug-naar-de-basis stuk. Muziek om te ontspannen, die  mede door de ongewone bezetting het waard is om te beluisteren.

Het Ensemble Ulf Hoelscher, geformeerd rond de gelijknamige violist, speelt met toewijding en enthousiasme. In het sextet bespeelt Wolfgang Meyer, de broer van Sabine Meyer, de klarinet. Zoals de goede gewoonte is bij CPO,  is het een verzorgde uitgave geworden, met een informatief tekstboekje.  


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links