Graener: Orchestral Works I
Comedietta op. 82 – Variationen über ein russisches Volkslied op. 55 – Musik am Abend op. 44 – Sinfonia breve op. 96
NDR Radiophilharmonie Hannover
o.l.v. Werner Andreas Albert
CPO 777 447-2 • 67' •
Opname: januari 2009, Großer Sendesaal, NDR Hannover
De Duitse componist Paul Graener (1872-1944) werkte onder meer als “music director” bij het Royal Theatre Haymarket in Londen, als docent compositie in Wenen, als directeur van het Mozarteum in Salzburg en als professor compositie aan het conservatorium in Leipzig. Op grond van de weinige composities die ik van hem ken was hij een uitstekend en tamelijk conservatief componist, wiens muziek gemakkelijk in het gehoor ligt. In zijn tijd was hij, zeker in zijn vaderland maar ook elders, niet onbekend en onbemind. Tegenwoordig is hij niet bekend en evenmin bemind. Door zijn lidmaatschap van de NSDAP en zijn vooraanstaande positie in de Reichsmusikkammer raakte hij na de Tweede Wereldoorlog uit de gratie en wordt zijn muziek nog maar weinig uitgevoerd. Om het beeld van Graener te nuanceren moet gezegd worden dat hij zich al voor de oorlog geleidelijk aan los begon te maken van de nazi’s en hij zich inzette voor de Joodse muziekuitgevers Wilhelm Zimmermann en Kurt Eulenburg.
Waarschijnlijk is zijn naziverleden de reden dat concertprogrammeurs en cd-maatschappijen Graener negeerden. Geleidelijk aan verandert er iets bij de producenten van cd’s. Het Zweedse label Sterling bracht in 2010 een geheel aan Graener gewijde cd uit, met 4 composities waaronder Die Flöte von Sanssouci, een werk dat ook door Toscanini werd opgenomen en ook op cd verscheen. CPO bracht eerder zijn complete pianotrio’s uit en nu een cd met de titel Orchesterwerke volume 1. Blijkbaar mogen we meer verwachten.
Op de cd staan 4 composities. De Comedietta is een korte en boeiende compositie uit 1928, die relatief modern klinkt. Het werd kort na de première op meer concertpodia uitgevoerd, tot in New York toe. De Comedietta grijpt terug op zijn periode bij het theater in Londen, waar hij tot 1909 werkte. In de Comedietta (korte komedie of dramatische schets), die in de tweede helft van de negentiende en het begin van de twintigste eeuw erg populair was in Engeland, werd een reeks snel wisselende en aaneengeschakelde episodes aan de toeschouwers getoond. Graener volgt dit patroon met een afwisseling aan solisten, met name hoorn, hobo, klarinet en basklarinet maar verliest de grote lijn niet uit het oog. Het is een levendige energiek klinkende compositie die bij vlagen aan Hindemith doet denken.
De Variationen über ein russisches Volkslied zijn gebaseerd op het bekende Wolgalied. Collega’s als Stravinsky, Glazunov, de Falla en Bruch lieten zich eveneens door dit lied inspireren, afkomstig uit een verzameling Russische volksliederen die Balakirev uitgaf. Of Graener deze bewerkingen van zijn collega’s kende is onbekend. Een deel van zijn eigen archief ging verloren bij bombardementen op Berlijn in zijn laatste levensjaar. Bij Graener klinken de variaties wat plechtig. Er is een opvallende rol voor de pauken. Gelukkig blijkt dat Graener voldoende fantasie had om de variaties echt gevarieerd te laten klinken. De compositie was opgedragen aan Arthur Nikisch. De beroemde dirigent had het slechter kunnen treffen.
Musik am Abend is gebaseerd op het gedicht Hörtest Du denn nicht hinein van Hugo von Hofmannsthal. De driedelige compositie volgt de sfeer van de tekst, het verblijf nabij het huis van de geliefde in de rustige nacht, de innige gevoelens na een korte periode van onzekerheid en het aanbreken van de dag. Het is een wel erg idyllische, pastorale en serene compositie. Meer contrast, zoals het benadrukken van de innerlijke onrust of de overgang van nacht naar dag had het meer zeggingskracht gegeven.
De Sinfonia breve is uit 1932 en Graener lijkt zich al geheel aan de nazistische cultuurpolitiek aangepast te hebben. Geen atonaliteit, modernismen of experimenten, maar een korte driedelige symfonie die overwegend klinkt als of het om een werk uit de negentiende eeuw zou gaan. In het middelste deel spelen alleen de strijkers. Het geheel klinkt indrukwekkend, maar wat somber. Behalve in de meer opgewekte Comedietta overheersen in de composities ernst en plechtigheid.
Het Duitse radio-orkest valt vooral op door de goede solisten en de degelijkheid. .