CD-recensie
© Gerard Scheltens, maart 2020 |
De Pulitzer Prize is prestigieus en beroemd, althans in de journalistiek. Hij bestaat al sind 1917, toen hij - bij testament - werd ingesteld door de blinde dagbladtycoon Joseph Pulitzer (1847-1911), die samen met de roemruchte William Randolph Hearst de dienst uitmaakte in het Amerikaanse krantenland. Iets minder bekend is dat er naast die voor journalistiek nog 20 Pulitzer Prizes bestaan, voor onder meer fotografie, poëzie, literair proza, drama en ook voor muziek. Die laatste categorie werd in 1943 toegevoegd en de eerste die de prijs kreeg was William Schuman voor zijn Secular Cantata Nr. 2 "A Free Song". Het is interessant na te gaan wie de Pulitzer Prize in de afgelopen 77 jaar in de wacht hebben gesleept. We komen namen tegen als die van Howard Hanson, Aaron Copland, Charles Ives, Virgil Thomson, Walter Piston (2x), Gian Carlo Menotti (2x), Samuel Barber (2x), Elliott Carter (2x), George Crumb, Ned Rorem, Roger Sessions, Wynton Marsalis, John Corigliano, John Adams, John Luther Adams, Steve Reich, Ornette Coleman, Steven Stucky, Milton Babbitt (oeuvreprijs), Charles Wuorinen en Morton Gould, om maar een paar beroemden en bekenden te noemen. Bij deze opsomming valt op dat zowel min of meer traditionalistische als avantgardistische en 'minimal' componisten vertegenwoordigd zijn, inclusief 'mengvormen' daarvan. Ik had ook voor de hand liggende namen als John Cage, Morton Feldman, Alan Hovhaness, Philip Glass en Ruth Crawford Seeger verwacht, maar aan hun neuzen ging de prijs voorbij. Daartegenover staat een lange rij namen die ons maar heel weinig zeggen. Of val ik als zelfbenoemd 'muziekkenner' door de mand nu ik van vlijtige muziekvinders als Norman Dello Joio, Michael Colgrass, Joseph C. Schwantner, David Del Tredici en Henry Threadgill (en nog veel meer) nog nooit gehoord blijk te hebben? Vrouwen met een Pulitzerprijs zijn er wel, maar heel weinig: Ellen Taaffe Zwilich was in 1983 de eerste, ze werd pas in 1999 gevolgd door Melinda Wagner. In onze eeuw kwamen er nog drie bij. Voor deze cd, niet de eerste van de combinatie van Pentatone met de Oregon Symphony onder Carlos Kalmar, is een keuze gemaakt van drie prijswinnende werken: van Howard Hanson de Vierde symfonie (Pulitzerprijs 1944), van Walter Piston de Zevende symfonie (Pulitzerprijs 1961) en van Morton Gould diens Stringmusic (Pulitzerprijs 1995). Of de keuze weloverwogen of at random gemaakt is weet ik niet, maar dit drietal componisten heeft wel iets gemeen: ze schrijven toegankelijk en onbeschaamd eclectisch, vertonen Europese invloed en zijn bepaald niet baanbrekend of experimenteel. Wel beheersen ze hun vak (inclusief orkestratie) uitstekend. Howard Hanson (1896-1981), een componist die met een been in de Europese romantiek stond en met het andere het elan van de nieuwe wereld vooruitschopte, had Zweedse roots en wilde de Scandinavische invloed in zijn muziek tot uiting laten komen. Hij trok daarvoor overigens naar Finland, want voor zijn Vierde symfonie (niet alleen die trouwens) moet hij aandachtig naar Sibelius hebben geluisterd, bijvoorbeeld diens Zesde symfonie. De melodielijnen en harmonische progressies wijzen duidelijk in die richting. De titel van deze symfonie uit de oorlogsjaren is Requiem en de afzonderlijke delen heten dan ook Kyrie, Requiescat, Dies irae en Lux aeterna. Een dramatische, religieus getinte manier van omgaan met het mysterie van de dood, waarvan denkelijk niet iedereen zich bewust zou zijn geweest zonder de hulp van die programmatische ondertitels. Als referentiemodel beschik ik over Hansons eigen uitvoering met 'zijn' Eastman-Rochester Orchestra in de fraaie serie Mercury Living Presence, die interpretatief niet te overtreffen is, maar opnametechnisch toch echt niet meer wil deugen - hij is uit 1953. Hansons complete symfonieën zijn opgenomen door Gerard Schwarz met het Seattle SO, uitgebracht op diverse labels waaronder Naxos. Carlos Kalmar overtreft die op zichzelf lang niet slechte opname door een grotere subtiliteit, een zorgvuldiger focus op detail en een voortreffelijke opnameklank. Ook voor de Zevende van Walter Piston (1894-1976) waarmee de cd opent, bestaat een interessant precedent van de componist zelf: de opname die hij ooit maakte met het Louisville Orchestra. Piston was een invloedrijk muziekpedagoog: hij behoorde tot de dankbare leerlingen van 'Mademoiselle' Nadia Boulanger en schreef vier belangrijke muziektheoretische handboeken: Principles of Harmonic Analysis, Harmony, Counterpoint en Orchestration. In zijn (vanzelfsprekend) zeer vakbekwaam vormgegeven Zevende symfonie hoor ik vooral invloeden van twee meesterwerken die in 1961 al tientallen jaren oud waren: het Concert voor Orkest van Bartók en de symfonie Mathis der Maler van Hindemith. Je kunt slechtere voorbeelden kiezen, maar daarmee bespeur ik toch ook een tekort aan persoonlijke stijl, een vorm van epigonisme waarbij de orkestratie trouwens vetter is aangezet dan bij de twee beroemde voorbeelden. Het briljantste en origineelste werk op deze cd, maar paradoxaal genoeg pas in 1993 geschreven en daardoor toch bijna een klinkend anachronisme, is Stringmusic van Morton Gould (1913-1996), die hiervoor een jaar voor zijn dood de Pulitzerprijs kreeg. Dit meeslepende werk, dat ook Divertimento of Serenade voor strijkers had kunnen heten, droeg hij op aan Mstislav Rostropovitsj. Het exploreert alle mogelijke klankkleuren van het strijkorkest, met vijf delen waaronder een Tango in onvervalste, gestileerde Piazzolla-stijl, een geserreerde Dirge en een meer dan wervelende finale, getiteld Strum. Het lijkt soms alsof er meer dan één strijkorkest aan het werk is en toch krijg je bij Gould nooit de indruk dat er een noot te veel staat - anders dan bij Walter Piston. De opnameklank van deze live-sacd is exemplarisch: transparant, gefocust op detail, uitgebalanceerd. De Oregon Symphony is een uitstekend en avontuurlijk orkest, dat onder Kalmars actieve en alerte leiding al eerder op Pentatone twee uitstekende uitgaven uitbracht. Ze werden hier allebei door Siebe Riedstra besproken: in 2012 Music for a time of war (klik hier) en in 2018 Aspects of America (klik hier). 'Een schitterend visitekaartje', schreef Siebe, 'een schot in de roos'. Absoluut. index |
|