CD-recensie

 

© Gerard Scheltens, april 2019

 

George Antheil - Complete Violin Music Vol. 1

Antheil: Vioolsonate nr. 1 (1923) - nr. 2 (1923) - nr. 3 (1924) - nr. 4 (1947-1948)

Alessandro Fagiuoli (viool), Alessia Toffanin (piano)
AVI 8553239 • 79' •
Opname: aug. 2016 en sept. 2017, Teatro O.P.S.A., Sarmeola (Pardova)

   

Op YouTube was hij niet terug te vinden (afgezien van een fragmentje van vier minuten), maar ik herinner me een VPRO-documentaire uit de jaren negentig van Hans Keller, waarin Vera Beths en Reinbert de Leeuw op bezoek gingen bij de stokoude violiste Olga Rudge. Zij was de geliefde annex steun en toeverlaat van Ezra Pound geweest. Kellers lichtelijk pretentieuze werkstuk droeg de titel Bad Girls of Music , die zowel op Vera Beths als op Olga Rudge bleek te slaan, en die een allusie was op de bijnaam bad boy of music van de Amerikaanse componist George Antheil (ook de titel van zijn autobiografie). De aanleiding tot het bezoek waren de vioolsonates die Antheil voor Olga had gecomponeerd, maar helaas wist de 100-jarige het allemaal niet meer. Haar geheugen had allang een verre vlucht genomen, het was kort voor haar dood in 1996.

Naast het roerende beeld van de wazige Olga die haar stoffige viool liefkoosde, vormden de tien minuten waarin Beths en de Leeuw de wild-woeste sonate nummer 2 van Antheil speelden het hoogtepunt van Kellers film. Althans zo herinner ik het me, het extract van vier minuutjes op YouTube geeft dit allemaal niet en focust vooral op Vera Beths.

De violiste maakte eind jaren tachtig met Reinbert de Leeuw een fraaie opname van de sonates 1, 2 en 4 die in 1994 op het label Auvidis Montaigne verscheen. Uit de aan Olga opgedragen eerste sonate blijkt ondubbelzinnig dat die niet zou hebben bestaan zonder Igor Stravinsky, om precies te zijn diens Histoire du Soldat . Stravinsky was niet zo gediend van Antheils opschepperij en name-dropping ("Stravinsky admires my work" ), maar zijn voorbeeld oefende grote invloed uit op vooral de eerste en de derde sonate uit de vroege jaren twintig. In die periode arriveerde Antheil in Parijs, waar hij in contact kwam met met invloedrijke kunstenaars als Satie, Milhaud, Pound, Cocteau, Picasso, Joyce, Hemingway en W.B. Yeats.

Van sonate nummer 1 zijn alle vier delen gebaseerd op één thema en op den duur wordt het ritmisch gedram wat vermoeiend. Was de bad boy, deze heraut van de vernieuwing, misschien toch niet zo'n oorspronkelijk talent? Boeiender vind ik de onstuimige tweede sonate in één deel, die met zo'n acht minuten sowieso te kort is om vervelend te worden. Naast Stravinsky hoor ik vooral Ives in dit opwindende amalgaam van stijlen, jazz, klassiek, ragtime, ballroom. De sonate eindigt met een verstilde begeleiding op de conga, een taak die Antheil had toebedeeld aan Ezra Pound, "best of friends". Hoe de grote dichter zich ervan gekweten heeft is onbekend.

De nieuwe opname van de violist Alessandro Fagiuoli en de pianiste Alessia Toffanin omvat de sonates 1 t.m. 4, dus ook de derde sonate uit 1924 die bij het duo Beths & De Leeuw ontbrak. Die werd gecomponeerd als "respectful hommage" voor Mrs Christian Gross, née Virgina Randolph Harrison, een jonge en rijke spoorweg-erfgename en kunstmaecenas in New York. Dit eendelige werk van bijna twintig minuten is nog steeds te verbinden met Stravinsky, Le Sacre heeft er heel erg naast gelegen. De sfeer is veel duisterder dan in de eerste twee sonates.

In 1933 keerde Antheil terug naar de VS. Het duurde tot 1945 voordat hij zich weer waagde aan de combinatie viool en piano, in een neoklassieke Sonatine die niet op de cd staat (en ook niet bij Beths & De Leeuw). De Vierde sonate uit 1947-1948 draagt de eigenaardige titel New second Violin Sonata, want Antheil schrapte de Tweede uit 1923 uit zijn catalogus. Hij herschikte ook de delen van Eerste, maar het Italiaanse duo speelt alle sonates in hun oorspronkelijke vorm. De nieuwe Tweede, de Vierde dus, klinkt simpel, klassiek, opgewekt, toegankelijk: aardig maar onbelangrijk. Vergeleken met de futuristisch-dadaïstische andere drie kijken we terug in een nostalgische wereld. De provocaties van de bad boy zijn voorbij, de verrassing is verdwenen, wat overblijft is een tot rust gekomen, niet erg inventieve componist wiens reputatie meer berust op zijn voorbije positie van eigenwijze avantgardist dan op het gehalte van zijn werk.

Een componist trouwens die voortreffelijk wordt gediend door het fantastische spel van Alessandro Fagiuoli en Alessia Toffanin. De eerste sonate tillen zij uit boven de beperkingen, zodat de drammerigheid niet zo stoort. Van de tweede maken ze een wild festijn - en op de conga durft Toffanin harder te slaan dan Reinberts zachte klopjes.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links