CD-recensie

 

© Aart van der Wal, juli 2014

 

Huygens: Morte dolce - Caccia amorosa - Con la candida man - Neo di bel volto - Die soete mael - Va, donna ingrata - A dispetto (serenata) - Che rumore sento fuore (risposta della finestra) - Deh, s'à tanta beltà

d'India: Tutto il dì piango

Kapsberger: Dove mi lasci - Toccata I - Toccata VII - Interrotte speranze - Toccata VI -

Rossi: Anime, voi che sete

Monteverdi: Ecco di dolci raggi - Si dolce è l'tormento

Caccini: Amarilli, mia bella - Kraft met smeeckende geluijen (vertaling) - Morte dolce - Io che dal ciel cader

Berti: Dialogo con gl'occhi

Notari: Ahi, che s'accresce in me

Ferrari: Amor, tu m'hai pur colto

Mazzocchi: Contre Amore

Oscar Verhaar (countertenor), Michiel Niessen (luit)

Quintone Q14001 • 73' •

Opname: september-oktober 2013,
Laurentiuskerk, Mijnsheerenland

www.oscarverhaar.com

 

Op Goede Vrijdag zond de NCRV de documentaire De Stem van de Meester uit, een meesterlijk en onopgesmukt portret van niet alleen de countertenor Oscar Verhaar (1987), maar ook van zijn leermeester, de afwisselend vaderlijke en goedmoedige maar altijd kritische dirigent en musicoloog Geert van den Dungen.

Het was Van den Dungen die in 1999 het grote zangtalent van de toen twaalfjarige koorknaap herkende en hem vervolgens onder zijn hoede nam. Het duurde niet lang of Oscar soleerde in de door Geert gedirigeerde Matthäus- en Johannes-passies van Bach. De jonge countertenor zette zijn opleiding vervolgens voort aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Daar kreeg hij uiteraard te maken met andere docenten met evenzo andere pedagogische opvattingen, wat voor hem - maar dat geldt in feite voor ieder muzikaal talent - een grote overgang betekende. Voor de voormalige 'leermeester' is zo'n stap overigens niet minder, want hij moet zijn leerling immers loslaten, als een vader zijn opgroeiende zoon. Regisseuse Hester Overmars http://www.hesterovermars.nl/ heeft dat verbluffend naturel in beeld gebracht, met inbegrip van de soms pijnlijke momenten van twijfel en frictie die dit proces onvermijdelijk met zich mee bracht. Op YouTube kunt u fragmenten van deze fascinerende film bekijken.

Nu is er dan Oscars eerste cd met als titel Morte Dolce, Zoete Dood. Als rode draad door het programma met zesentwintig liederen fungeren er negen van de geleerde, diplomaat, dichter en componist Constantijn Huygens (1596-1687), met daarin centraal de muziek van de seconda prattica,  de zeventiende-eeuwse, toen moderne stroming die zich richtte op de puur muzikale expressie vanuit de tekst. Dit in tegenstelling tot de prima prattica, met als hoogste gebod de compositorische spelregels (onder meer gehanteerd door de Nederlandse componist Nicolas Gombert).
Oscar koos ervoor om de Italiaanse liederen van Huygens naast die van Italiaanse componisten uit hetzelfde tijdvak te plaatsen, met bekende en (vrij) onbekende namen als Luigi Rossi, Giovanni Pietro Berti, Angelo Notari, Claudio Monteverdi, Giovanni Kapsperger en Giulio Caccini. Kapsperger lijkt door zijn Duitse achternaam in dit Italiaanse gezelschap een wat vreemde eend in de bijt, maar hij is wel degelijk in Venetië geboren (rond 1580) en in 1651 in Rome gestorven. Hij was ook het grootste deel van zijn leven in Italië werkzaam, als luitist en componist.
De titel van deze cd voert ons naar het gelijknamige openingslied van Huygens (en verderop van Saracini), dat naar mijn gevoel een dubbele bodem kent. Het lijkt me in dit geval passend om de tekst hier in zijn geheel weer te geven:

Zoete dood
Als de pijn en het lijden
mij niet kunnen laten sterven,
toon mij dan tenminste, Amor,
hoe men van vreugde en genot sterft.
Jij, die mijn dood in je ogen hebt,
en mijn leven bent,
zeg me dat ik ieder uur sterf,
dat ik tevreden zal zijn en dan
duizend maal zal sterven in jouw armen.

Van vreugde en genot sterven.in jouw armen. Het zou van een orgasme kunnen zijn, nietwaar? Of denk ik nu in de verkeerde richting? Maar zo zingt Oscar dit lied in ieder geval niet, wat me - en dat is veel belangrijker - gelijk op zijn grote zangkwaliteiten brengt: dit is zangkunst die van begin tot eind een zeer hoog niveau uitstraalt, gemeten naar zowel vocale techniek, stilistisch inzicht en expressieve muzikaliteit. Ik zeg het zo vaak: begrijpen wat je zingt, gevoegd bij het juiste tempo en de juiste dictie, is vaak het halve werk. De exemplarische zuiverheid van de stem is zo dominant en went daardoor zo snel dat de kleinste oneffenheid wel ogenblikkelijk moet opvallen. Het luitspel van Michiel Niessen is heel bijzonder: de fraaie klankvorming en optimale timing maken dit feest compleet. In de uitsluitend instrumentale stukken (drie toccata's van Kapsberger) wordt dit nog eens uitdrukkelijk bevestigd. Wie een voorproefje van deze balsem op onze getormenteerde zielen wil verwijs ik graag naar het filmpje op YouTube, waar hij Monteverdi's Si dolce è 'l tormento zingt. Het cd-boekje bevat een toelichting in het Nederlands, met alle liedteksten bovendien in Nederlandse vertaling. De namen van de componisten op de achterzijde van het boekje en het doosje zijn door het gekozen ontwerp helaas nauwelijks te onderscheiden. Hopelijk is Oscars eerste cd het begin van (veel) meer. Ook zijn repertoirekeuze, met veel onbekend werk, doet uitzien naar een vervolg.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links