![]() CD-recensie
© Aart van der Wal, april 2006 |
Rachmaninov: Het is hier aangenaam op. 21 nr. 7 - Alles gaat voorbij op. 26 nr. 15 - Het antwoord was gegeven op. 21 nr. 4 - Een lied voor mijn korenveld op. 4 nr. 5 - Let maar niet op mij, liefste op. 14 nr. 7 - Ik wacht op je op. 14 nr. 1 - Nacht - De nacht is droevig op. 26 nr. 12 - Ik ben weer alleen. Sviridov: Uiteenvallend Rusland. Dmitri Hvorostovski (bariton), Michael Arkadiev (piano). Philips 446666-2 • 56' • De liederen van Rachmaninov zijn doordrenkt van de voor de romantische stijl typerende gevoelsontladingen, waarbij gemakkelijk aansprekende, sentimentele en pathosrijke teksten de boventoon voeren. De daarvoor benodigde, compositorische ingrediënten worden in dit geval tamelijk overvloedig toegediend. De pianopartij levert daarin een even belangrijk aandeel als de zangstem. Waarbij het niet zelden de pianist is die de gepassioneerde tekstbehandeling nog moet overtreffen. Met soms verpletterend effect, dat wel. Hvorostovski is in dit recital in expressief opzicht beter op dreef dan in een eerder door mij besproken liederenprogramma met dezelfde pianist (Philips 442536-2): hij benut nu meer de mogelijkheden die in de partituur te vinden zijn om de Slavische gloed en de schrijnende melancholie a.h.w. in de ziel van de luisteraar te beitelen. Hij beschikt zeker over een indrukwekkende bariton met een behoorlijk arsenaal aan nuances, maar hij haalt het toch niet bij zijn collega Sergej Leiferkus, die nog meer gradaties aanbrengt, nog gemakkelijker en overtuigender de tekstregels inkleurt en hem technisch gewoon de baas is. Over Arkadiev kan ik positiever zijn. Climaxen worden overtuigend opgebouwd, arpeggio's maken onverbrekelijk deel uit van de muzikale handeling en de vele dynamische nuances die hij aanbrengt verraden een goed begrip van de liedteksten. Sviridovs uit 12 liederen bestaande Otchalivshaya Rus op teksten van Sergej Esenin (1895-1925) is naar mijn weten nog niet eerder op cd verschenen. Van een cyclus kan niet worden gesproken, omdat er tussen de liedteksten geen verband valt aan te wijzen. Het enige wat ze bindt is dat ze kort voor, tijdens en vlak na de Russische revolutie ontstonden. Hvorostovski en Arkadiev geven overtuigend reliëf aan het door Sviridov met kwistige hand aangebrachte pathos dat is vermengd met handenwringende nostalgie. Terecht permitteren de uitvoerenden zich grote ritmische vrijheden, want de partituur geeft hen daartoe veelvuldig de vrije hand (ad-libitum). De heldere opname is heel bijzonder, met een schitterend vastgelegde Steinway en een volmaakte balans tussen stem en instrument, dit alles ingebed in een riante akoestiek. index |