CD-recensie

 

© Aart van der Wal

 

Richard Strauss: Zueignung - Nichts - Die Georgine - Die Verschwiegenen - Die Zeitlose - Allerseelen - Heimkehr - Du meines Herzens Krönelein - Kornblumen - Mohnblumen - Epheu - Wasserrose - 0 wärst du mein - Morgen - Traum durch die Dämmerung - Ich trage meine Minne - Befreit - Gefunden - Krämerspiegel, op. 66 - Wie erkenn' ich mein Treulieb - Guten Morgen, s'ist Sankt Valentinstag - Sie trugen ihn auf der Bahre bloss - Wanderers Gemütsruhe.

Mitsuko Shirai (mezzosopraan), Hartmut Höll (piano).

Capriccio 10497 • 73' •


Naast de onvermijdelijke 'evergreens' (o.a. Zueignung en Allerseelen) biedt dit programma een zeer interessant aspect van de naar nieuwe vormen zoekende componist: de satirische liederen op teksten van Alfred Kerr, op. 66 en de naar de tweede Weense school wijzende drie Ophelia-liederen op. 67, en Wanderers Gemütsruhe. Het cd-boekje vermeldt terecht dat Richard Strauss in deze liederen een aanmerkelijk progressievere muziektaal etaleert dan zijn opera's uit diezelfde periode rond 1918. Shirais hoge mezzo weet dit bij vlagen zeer lastige repertoire soepel te kneden, maar ik heb enige moeite met haar vibrato, dat een scherp afgekaderde nuancering in het mezzopiano toch enigszins in de weg staat en een etherische benadering verhindert (Wasserrose). Soms is de puls net niet sterk genoeg, waardoor verbrokkeling dreigt (Mohnblumen). Incidenteel steekt een maniërisme de kop op (Sie trugen ihn auf der Bahre bloss). Höll is betrouwbaar als altijd en is weer uitstekend op dreef, al zou wat meer nuancering in de vele gebroken-akkoordpassages niet hebben misstaan. In de arpeggio's in de linker hand ligt in dit idioom eenvormigheid algauw op de loer.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links