CD-recensie

 

© Aart van der Wal, november 2008


 

Schumann: Symfonie nr. 1 in Bes, op. 38 (Frühling) - nr. 2 in C, op. 61 - nr. 3 in Es, op. 97 (Rheinische) - nr. 4 in d, op. 120 - Ouverture Manfred op. 115 - Pianoconcert in a, op. 54 - Celloconcert in a, op. 129.

Christian Zacharias (piano), Truls Mørk (cello), Kölner Rundfunk-Sinfonieorchester o.l.v. Hans Vonk.

EMI Classics 2 15310 2 6 • 64' + 67' + 66' • (3 cd's)

Live-opnamen: op. 38, 54, 61, 97, 120 (1991-1994)


Hans Vonk overleed op 29 augustus 2004 aan een slopende ziekte. Hij werd 62 jaar (klik hier). Een grote dirigent, soms wat lastig, maar altijd op de bres voor 'zijn' kunst.

Het heeft hem zeker gestoken dat het chef-dirigentschap bij het Koninklijk Concertgebouworkest aan hem voorbijging. De post ging naar Riccardo Chailly. Maar in de muziek kunnen frustraties zeker niet worden afgereageerd, het leven ging verder, ook voor Hans Vonk, hoewel het altijd bij hem is blijven knagen. Vele opnamen bewezen zijn grote klasse en daarop maakt deze Schumann-uitgave geen uitzondering. Wat mij betreft bevestigt het eens te meer dat hij Bernard Haitink bij het Koninklijk Concertgebouworkest had moeten opvolgen, maar er werd binnen en buiten de bestuurskamers anders beslist. Misschien is het in de context van deze Schumann-cd's wel enigszins wrang dat Vonk in de symfonieën veel overtuigender is dan zijn collega Chailly met (toen) 'zijn' Concertgebouworkest (Decca).

De orkestwerken van Robert Schumann (1810-1856) zijn eigenlijk al sinds het dirigentschap van Gustav Mahler ten prooi gevallen aan de kritiek op de 'dikke instrumentatie', waarbij niet zelden de suggestie werd gewekt dat Schumann in het 'kleine' (pianowerken, liederen) beter thuis was dan in het 'grote' werk. Natuurlijk mag eenieder daar het zijne over denken, maar mijn ervaring met Schumanns 'grote' repertoirestukken (en daaronder reken ik ook Das Paradies und die Peri en Szenen aus Goethes Faust) is toch een heel andere: als de dirigent en met hem het orkest gewoon zijn vak verstaat is Schumanns instrumentatie evenzo 'dik' als die van Brahms en Dvorák. We moeten eigenlijk maar door die onzin heen luisteren, in casu zonder enig vooroordeel Schumanns orkestmuziek gewoon ondergaan.

Deze drie cd's bevestigen Vonks grote klasse als orkestleider. Voor bijvoorbeeld de Vierde symfonie hoeven we echt niet, hoe goed die op zich ook is, naar de beroemde uitvoering van Wilhelm Furtwängler (DG), want Vonk is net zo goed, met als extra voordeel een riante stereoklank. Voor de overige symfonieën geldt hetzelfde: de Eerste is in ware lentekleuren gehuld, de Tweede kent o.a. een subliem Adagio en in de Derde horen we de Rijn echt stromen. In het Pianoconcert is Christian Zacharias optimaal op dreef, terwijl het Celloconcert wordt gekenmerkt door warme, melancholieke kleuren, met Truls Mørk in topvorm. Met de Ouverture Manfred als toegift hebben we een van de allerbeste Schumann-uitgaven binnen handbereik.

Een apart compliment geldt de opnametechnici van de West-Duitse omroep, die in de akoestisch bepaald niet gemakkelijk Keulse Philharmonie voor een waar klankfeest hebben gezorgd dat optimaal gespreid uit de luidsprekers rolt.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links