CD-recensie

 

© Aart van der Wal, mei 2005


Schubert: Am Flusse D 160 - Trost in Tränen D 120 - Schäfers Klagelied D 121 - Meeres Stille D 216 - Heideröslein D 257 - Jägers Abendlied D 368 - Sehnsucht D 123 - Die Liebe D 210 - Rastlose Liebe D 138 - Nähe des Geliebten D 162 - Der Fischer D 225 - Erster Verlust D 226 -Der König von Thule D 367 - Wer sich der Einsamkeit ergibt D 478 - Wer nie sein Brot mit Tränen ass D 479 - An die Türen will ich schleichen D 480 - An Schwager Kronos D 369 - An Mignon D 161 - Ganymed D 544 - An die Entfernte D 765 - Versunken D 715 - An den Mond D 259 - Der Musensohn D 764 - Auf dem See D 543 - Geistes Gruss D 142.

Christoph Prégardien (tenor), Andreas Staier (fortepiano).

Harmonia Mundi DHM 05472 77342-2 • 71' •


Deze keer uitsluitend Schubert-liederen op teksten van Goethe, waarbij dit duo het zich - getuige dit zeer veeleisende programma - zeker niet gemakkelijk heeft gemaakt. De technische en interpretatieve eisen zijn enorm D e expressieve reikwijdte van deze liederen is niet minder. De naïeve lichtheid van Heidenröslein en de opgewekte tred van Der Musensohn staan diametraal tegenover het de van iedere tenor de uiterste krachtsinspanning vergende An Schwager Kronos of de somberheid en de verstilde resignatie van de Drei Gesänge des Harfners (in superieure legato-stijl voorgedragen). Evenals in de eerder door mij besproken Liederuitgaven op hetzelfde label heeft de tenor aan Staier een ideale partner. De opname plaatst de voorbeeldig gestemde kopie van de Fritz-Hammerflügel uit 1815 goed in de ruimte, met de stem van Prégardien in de juiste proporties tot de klank van de fortepiano, met zijn ruisende arpeggio's, heldere discant en pittige bas.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links