CD-recensie

 

© Aart van der Wal, januari 2011


 

Sanderman: Psalm- en liedbewerkingen

Dick Sanderman op het Robustelly-orgel van de St.-Lambertuskerk in Helmond

Boekenhuis Rijssen BRCD-2104 • 79 ' •

www.boekenhuisrijssen.nl

 

 

 


 
  Dick Sanderman

Dit is de vierde cd in de reeks waarin Dick Sanderman eigen werk speelt, en tevens de tweede die op onze site wordt besproken. Eerdere cd's werden opgenomen in Maassluis (1990), Leeuwarden (2001) en Kampen (2008 - klik hier voor de recensie).

Dick Sanderman (1959) behaalde in 1980 het einddiploma solospel met onder meer de aantekening improvisatie aan het conservatorium in Zwolle. Verder volgde hij zomercursussen bij Daniel Roth (Franse Romantiek), Hans Haselböck (improvisatie) en Jean Guillou, met daarnaast nog privélessen op het gebied van de improvisatie bij Bert Matter. In 1983 behaalde hij in Bolsward de eerste prijs van het Nationaal Orgelimprovisatieconcours. Sanderman is in Rijssen werkzaam als directeur van de muziekschool en als stadsorganist. Hij is tevens als kerkorganist verbonden aan de Hervormde Gemeente. We kennen Dick Sanderman ook als redactielid van het maandblad De Orgelvriend (klik hier), waarvan onze collega Gerco Schaap eindredacteur is.

De meeste organisten kunnen uitstekend improviseren. Het hoort bij deze beroepsgroep en maakt vast onderdeel uit van het orgellandschap. Kom daar elders maar eens om! Er is vandaag de dag toch vrijwel geen musicus meer te vinden die de improvisatiekunst ook maar enigszins machtig is? Zelfs grote solisten wagen zich niet (meer) aan het zelf schrijven van een cadens in een viool-, cello- of pianoconcert. Hoeveel spannender zouden dergelijke concerten kunnen uitpakken als ze het wél deden! Vroeger, ja, vroeger, in de zeventiende en achttiende eeuw hoorde het improviseren er helemaal bij, vrijwel iedere musicus verstond die kunst, zoals hij ook kon componeren. Toen was er trouwens geen scheiding tussen componist en musicus, terwijl het nu volkomen gescheiden werelden zijn geworden. Alleen in de orgelcultuur kennen we de improvisatie nog als een er duidelijk bijhorende kunstuiting.

Als eerste Nederlandse organist publiceerde Sanderman in 2001 en 2004 twee volledige koraalboeken voor de Psalmen. Daarnaast maakt hij deel uit van een van de redactionele werkgroepen die het nieuwe Liedboek 2012 voorbereiden.

Het Robustelly-orgel, genoemd naar de maker, Guillaume Robustelly uit Luik, werd in 1772 voltooid. Het was toen een groot orgel met vier manualen en aangehangen pedaal. Het werd oorspronkelijk gebouwd voor de abdijkerk in het Belgische Averbode, maar precies een kwarteeuw later werd de abdij opgeheven, het orgel keurig gedemonteerd en de onderdelen in kisten opgeslagen. In 1822 kocht het kerkbestuur van de St.-Lambertuskerk in Helmond het orgel aan, waarna de Luikse orgelmaker Arnold Graindonge de opdracht kreeg om het instrument in de middeleeuwse Lambertuskerk weer op te bouwen. Graindonge handhaafde de oude opzet op een paar kleine wijzigingen na.

Tussen 1856 en 1861 werd op de plaats van de oude een nieuwe kerk gebouwd. Wederom moest het Robustelly-orgel uit elkaar worden gehaald en de onderdelen elders opgeslagen. Ditmaal was het de Nederlandse orgelmaker F.C. Smits die de klus mocht klaren. In tegenstelling tot Graindonge bracht Smits echter wel een aantal ingrijpende wijzigingen aan: het vroegere Echo en Recit werden vervangen door een volledig borstwerk, terwijl een vrij pedaal en aantal nieuwe stemmen werden toegevoegd. In 1975/76 restaureerde de orgelbouwer Verschueren het instrument, waarbij het Grand'orgue en Positif werden teruggebracht naar de situatie van 1772, terwijl voor borstwerk (Echowerk) en pedaal de situatie van Smits uit 1862 als uitgangspunt werd genomen. Het staat keurig in het goed gedocumenteerde cd-boekje vermeld, met daarnaast een overzicht van de dispositie van het orgel en een toelichting op de door Sanderman gebruikte registraties.

Dankzij deze smaakvolle bewerkingen, met een apart compliment voor de zorgvuldig gekozen en daardoor zeer treffende klankkleurregistraties, is dit een fraaie cd geworden die bovendien ook nog eens uitmunt door de volkomen natuurlijke opname die alle klankfacetten van dit koninklijke instrument moeiteloos uit de luidsprekers laat rollen. Het is weer het zoveelste juweeltje van opnametechnicus Jaap de Jong, die met zijn eigen apparatuur in oktober 2008 naar de Lambertuskerk was getogen.Wie wil genieten van volkomen overtuigend opnameperspectief zal door deze cd bepaald niet teleurgesteld worden. Een aanwinst voor het toch al rijke orgelrepertoire!


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links