CD-recensie
© Aart van der Wal, april 2013
|
Raskatov: Obikhod (voor vier mannenstemmen en strijkorkest) (2002/3) - Praise (voor vier mannenstemmen en klokken [optioneel]) (1998) The Hilliard Ensemble, Nederlands Kamerorkest Challenge Classics CC72578 • 49' • Opname: maart 2011, Concertgebouw, Amsterdam
De Russische componist Alexander Raskatov (Moskou, 1953) paart verbeeldingskracht aan emotie, een combinatie die op zich nog geen garantie is voor het schrijven van goede muziek, maar gevoegd bij een uitstekend gevoel voor structuur en proportie zijn dit wel de basisingrediënten voor een succesvol bestaan als toondichter. Jaren geleden was dat zijn collega Alfred Schnittke (Engels, 1934-Hamburg, 1998) ook al opgevallen: "Raskatov is een van de boeiendste componisten van zijn generatie." Het was ook Raskatov die in 2006 Schnittkes uit 1997 stammende, onvoltooide Negende symfonie uitvoeringsrijp heeft gemaakt. Dat hij in het Westen tamelijk bekend is geworden kan voornamelijk worden toegeschreven aan de inspanningen van grootheden als de altviolist Yuri Bashmet, de dirigent Valery Gergiev en ensembles van naam, waaronder Asko|Schönberg en The Hilliard. Wie muzikaal bekend wil worden heeft meestal wel voortrekkers nodig, al moeten de 'onderliggende waarden' dan wel echt goed zijn. Het op liturgische teksten geënte Obikhod bestaat uit vijf delen (1. Doloroso; 2. Vivo; 3. Affettuoso; 4. Moderato espressivo; 5. Larghetto) en componeerde Raskatov in 2002/03 in opdracht van het Hilliard ensemble en het Stuttgarter Kammerorchester. Het werk beleefde zijn Nederlandse première in maart 2011 in het Amsterdamse Concertgebouw, eveneens met het Hilliard en de strijkers van het Nederlands Philharmonisch Orkest onder zijn concertmeester en artistiek leider Gordan Nikolic, een man die dit soort werken ook durft te programmeren. Het is geen toeval dat Nikolic tevens de artistiek leider is van het Nederlands Kamerorkest. Praise is eveneens vijfdelig: 1. Hymn of the Cherubin; 2. The Lord's Prayer; 3. Gentle Light (an Evening Hymn); 6. Let my Prayer ascend (Psalm 141); 5. The Angel called (Akihostos). Zowel in dit werk als in Obikhod treft de dissonante en compacte schrijfwijze, die menigmaal het discours hel verlicht maar soms ook bewegingloosheid suggereert, eigenschappen die we ook in de muziek van Schnittke terugvinden. De 'opdrachtgever', het Hilliard Ensemble, bestaande uit de tenoren Rogers Covey-Crump en Steven Harrold, de countertenor David James en de bariton Gordon Jones, levert schitterende vertolkingen af, ze passen bij wijze van spreken als een tweede huid, in Oikhod indrukwekkend bijgestaan door de strijkers van het Nederlands Kamerorkest. We moeten er maar overheenstappen dat we cd's met een speelduur van nog geen vijftig minuten tegenwoordig niet veel meer tegenkomen. index |