CD-recensie

 

© Aart van der Wal, oktober 2020

Rachmaninov: Préludes op. 23 nr. 4, 8 - op. 32 nr. 6, 10, 12 - Lelies op. 21 nr. 5 (arr. Rachmaninov) - Melodie op. 21 nr. 9 (arr. Volodos) - Études-Tableaux op. 33 nr. 3 - op. 39 nr. 1, 5 - Morceau de fantaisie (Delmo) - Cellosonate (Andante) (arr. Volodos) - Moments Musicaux op. 16 nr. 2, 6

Sergej Babayan (piano)
DG 4839181 • 61' •
Opname: december 2009, Friedrich-Ebert-Halle, Hamburg

   

De Armeense pianist en pedagoog Sergej Babayan kwam ik al veel eerder tegen als DG-artiest, toen samen met Martha Argerich in het album 'Prokofiev for Two' (hier besproken). Een fascinerende cd met uitsluitend door Babayan gemaakte bewerkingen voor twee piano's in uitvoeringen van groot gezag.

In dit nieuwe, geheel aan pianomuziek van Rachmaninov gewijde DG-album, presenteert Babayan zich als de ideale vertolker van deze andere Rus, al dateert de opname van wel erg lang geleden, gemaakt in Hamburg in 2009. Waarom het zo lang heeft moeten duren wordt in het boekje niet verklaard, maar vreemd is het wel en te meer omdat dit een recital is dat van begin tot eind werkelijk klinkt als een klok.

Afgezien van zijn vlekkeloze techniek ontpopt Babayan zich als een geboren verteller, die deze romantisch getinte miniaturen op een vloeiende manier over het voetlicht brengt en dat met een zo natuurlijk aandoende overtuigingskracht doet dat ik me werkelijk afvraag wie zich hiervoor niet gewonnen zou kunnen geven.

In hoeverre Daniil Trifonov (van hem verschijnt binnenkort een nieuw soloalbum: 'Silver Age', met werken van Stravinsky, Skrjabin en Prokofjev, dat door Siebe Riedstra zal worden besproken) bij Babayan in de leer geweest weet ik niet, maar de muzikale verwantschap tussen deze beide grootheden is zonneklaar. Maar al is dat zo, dat neemt niet weg dat sprake is van twee uitzonderlijk indrukwekkende muzikale karakters die ieder kunnen bogen op een eigen signatuur. Dat bewees zowel Trifonov als Babayan. Interessant is ook het bijzondere Rachmaninov-recital dat zij (op twee piano's) gaven in het Zwitserse festivalmekka Verbier, met o.a. de 'Fantaisie-Tableaux' op. 5. Het album wordt waarschijnlijk zeer binnenkort door DG uitgebracht onder de titel 'Live from Verbier', al is ook deze opname niet recent, daterend uit 2015.

Babayan koos voor zijn solodebuut voor een gemêleerd Rachmaninov-programma waarin hij geen compleetheid heeft nagestreefd maar bewust lijkt te hebben gekozen voor stukken die hem het meest na aan het hart liggen. Zij het wel met als gevolg dat zijn keuze uit de préludes, de 'Études-Tableaux' en de 'Moments musicaux' voor de toehoorder tamelijk willekeurig overkomt, al zal dit niet of nauwelijks bezwaarlijk kunnen zijn. Het deed me juist herhaaldelijk verzuchten dat ik veel meer van hem had willen horen, zo indrukwekkend is zijn spel dat een zeldzame rust en lichtvoetigheid uitstraalt, maar ook fijnmazig en soeverein is. Het spel ook dat iedere denkbare nuance aan bod laat komen, waarvan de stemvoering niet anders dan volmaakt is en de klank ook vanaf het forte noblesse uitstraalt. Muziek die hem past als een handschoen, hem op het lijf geschreven lijkt en danook met grote autoriteit wordt gepresenteerd.

Interessant zijn zeker ook de bewerkingen van respectievelijk de beide liederen 'Lelies' (op. 21 nr. 5) en 'Melodie' (op. 21 nr. 9), naast het Andante uit de Cellosonate, de eerste door de componist zelf en de twee andere door Babayans grote collega Arcadi Volodos. Ook hier weer treffen de fascinerende kleurenwaaiers die Babayan uit zijn Steinway-D weet te toveren en de grandeur waarmee hij zijn 'verhaal' expressieve kracht verleent. De opname is sonoor en rijk van klank.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links