CD-recensie

 

© Aart van der Wal, mei 2008


 

Rachmaninov: We zullen rust vinden op. 26 nr. 3 - Nacht - Christus is verrezen op. 26 nr. 6 - De ring op. 26 nr. 14 - Ik wacht op jou! op. 14 nr. 1 - Donkere gedachten op. 8 nr. 3 - Ik smeek je, blijf, verlaat me niet! op. 4 nr.1 - O, treur niet! op. 14 nr. 8 - Alles vergaat op. 26 nr.15 - Hoe het mij pijn doet op. 21 nr. 12 - In mijn ziel op. 14 nr.10 - Morgen op. 4 nr. 2 - Een droom op. 8 nr. 5 - In de stilte van de heimelijke nacht op. 4 nr. 3.

Sjostakovitsj: Vijf romances op gedichten van Jevgeni Dolmatovski op. 98 - Spaanse liederen op. 100.

Iris Oja (mezzosopraan), Roger Vignoles (piano).

Harmonia Mundi HMU 907449 • 58' •


Het is jammer dat in het omvangrijke liedrepertoire doorgaans zo weinig aandacht wordt geschonken aan Russische componisten. Het zwaartepunt ligt duidelijk bij de Duits-Oostenrijkse romantiek, met regelmatige uitstapjes naar de Franse liedkunst uit de negentiende en twintigste eeuw.  

Dat heeft niets met de kwaliteit van de Russische liederen, maar alles met de taalbarrière te maken:  slechts weinig West-Europese liedzangers beheersen het Russisch in voldoende mate om daarmee het podium of de studio te betreden. Daarnaast kan de Russische dichtkunst - dat geldt voor de Russische literatuur überhaupt -  niet los worden gezien van de Russische ziel, hoezeer  een passende definitie daarvoor ook mag ontbreken.  Het is een ander idioom en het vereist een andere aanpak, die slechts weinigen echt op het lijf is geschreven.

Dat de Russen zich in dit metier zeker niet onbetuigd hebben gelaten blijkt wel uit de kostbare kleinoden van o.a. Balakirev, Borodin, Cui, Glinka (Afscheid van Sint-Petersburg!),  Moesorgski (Liederen en dansen van de dood!), Rimski-Korsakov en Tsjaikovski. Om nog een aantal grote pleitbezorgers te noemen: Borodina,Visjnevskaja,  Larin en Leiferkus. Zij waren het toch vooral die in de afgelopen twee decennia het Russische liedrepertoire op de kaart hebben gezet.

Nu dan op deze cd een keuze uit de 82 liederen die Rachmaninov (1873-1943) tussen 1890 en 1916 componeerde, een ware staalkaart van zijn artistieke ontwikkeling vanaf de studentenjaren totdat hij als banneling zijn vaderland in 1917 verliet om zich in de V.S. te vestigen.  De overwegend donkere gemoedsstemming van deze liederen zijn niet zuchtend romantisch maar scherp geprofileerd getoonzet, met de nadruk op expressieve klankkleuren. De briljante pianopartij is niet zozeer epaterend, maar levert  een belangrijke bijdrage aan het vocale uitwerking van de teksten (van o.a. Tsjechov, Koltsov, Meresjkovski, Galina en Davidova).

De lichtvoetige Zes Spaanse liederen van Sjostakovitsj (1906-1975) ontstonden in 1956, het jaar van de Hongaarse opstand, toen het in de toenmalige Sovjet-Unie ook verre van pluis was. Chroestsjov, die zich een betere communist achtte dan Stalin, was aan de macht, maar toch was onder diens bewind de bureaucratische kijk op kunst wat minder rigide en kwamen de kunstenaars minder onder druk te staan. De doctrine van de 'socialistisch-realistische' stijl veranderde weliswaar niet wezenlijk, maar de tijd was toch wel voorbij dat zij, beschuldigd van 'subversieve' activiteiten,  zomaar van hun bed werden gelicht.  Na de dood van Stalin in 1953 genoot Sjostakovitsj meer creatieve vrijheid, hoewel hij toch voortdurend op zijn hoede bleef, ook na het overlijden van zijn vrouw Nina (1954), toen zijn houding jegens het regiem haar althans geen schade meer kon berokkenen.

Het bijzondere van de Spaanse liederen is dat Sjostakovitsj de Spaanse volksliedachtige elementen meesterlijk met het Russische idioom wist te verbinden (zoals in Pervaja Vstrecha, De eerste ontmoeting). Bijzonder is ook dat er voor de componist bestemde opname bewaard is gebleven,  waarop de liederen worden gezongen door Zara Doloekanova.

De Vijf romances op gedichten van Jevgeni Dolmatovski ontstonden twee jaar eerder, in 1954, en mogen - zoals zo vaak in de muziek - een toevalstreffer worden genoemd. Dolmatovski had Sjostakovitsj een bundeltje gedichten spontaan toegezonden en  die was er zo van gecharmeerd dat hij deze weinig om het lijf hebbende teksten reeds kort daarna van muziek voorzag.  Blijkbaar vormden ze voor de componist een vorm van verstrooiing te midden van het vele 'zware' werk dat hij toen onder handen had.  Een goed voorbeeld daarvan is het op een onvervalste wals gestoelde Den priznanii, De dag van de liefdesverklaring.

Zo (in het Russisch) gezongen zoals hier door Iris Oja geïnspireerd begeleid door Roger Vignoles  vormen deze kostelijke miniaturen een ware aanwinst voor de discografische verzameling  van de ware liedliefhebber. De gloedvolle mezzo treedt qua technische vocalistiek in de voetsporen van Olga Borodina en levert in dit recital qua sfeertekening het ene na het andere juweeltje af. De opname is niets verhullend. De Steinway staat er eveneens zeer indrukwekkend op. Jammer, die 'slechts' 58 minuten... Waren het er maar 78 geweest...


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links