![]() CD-recensie
© Aart van der Wal, oktober 2017
|
De langdurige samenwerking tussen Arvo Pärt en het Cello Octet Amsterdam heeft iets moois opgeleverd. Het was Pärts idee om zijn zeven Magnificat-Antiphonen om te zetten naar acht celli. In zijn eigen woorden was het 'de bijzondere klank van Cello Octet Amsterdam, die enerzijds zo rijk is aan boventonen en anderzijds een onuitputtelijk potentieel aan cantilenen heeft, die mij inspireerde bij het schrijven van O-Antiphonen en deze letterlijke "Lieder ohne Worte" mogelijk maakte.' Pärt kwam in 2015 naar ons land om ter voorbereiding van deze cd samen met het Cello Octet Amsterdam te repeteren en concerten bij te wonen. Hij heeft tot heden in totaal acht composities (in casu bewerkingen van koorwerken) voor het octet geschreven, die alle op deze nieuwe cd vertegenwoordigd zijn. Tijdens de Cello Bïennale in Amsterdam in 2008 merkte de componist na de eerste samenwerking op: 'Ik heb dit ensemble tien jaar te laat ontdekt. Dit Cello Octet is goud waard.' Tien maal zouden componist en octet met elkaar samenwerken, onder meer op de festivals van Bari, Schleswig-Holstein en het Engelse Sounds New Contemporary Festival. Maar ook in 2012 in Estland, Pärts geboorteland, in een speciaal aan hem gewijde concertreeks, samen met het door Jaan-Eik Tulve geleide koor Vox Clamantis. Dit naar aanleiding van Pärts vijfenzeventigste verjaardag. De samenwerking tussen componist en musici levert doorgaans minstens een zweem van authenticiteit op, maar vrijwel altijd veel meer dan dat. Het hangt vooral van de betrokkenheid van de componist af in welke mate daarvan sprake kan zijn. Dat het vaak heel goed uitpakt blijkt wel uit de vele voorbeelden die ervan zijn, zoals de samenwerking tussen Reinbert de Leeuw, het Asko|Schönberg met een groot aantal componisten, maar ook - heel bijzonder! - het Goeyvaerts Trio dat uitsluitend muziek uitvoert van levende toondichters. Het voordeel is in alle gevallen evident: men krijgt het immers uit 'the horse's mouth'. Terwijl het detail vaak in de staart zit. Het aantal musici is waarschijnlijk niet te tellen dat graag nog eens gesprekje met Haydn, Mozart of Beethoven zou willen voeren over... Men kan over de muziek van Päert denken wat men wil (u kent zo langzamerhand wel mijn gedachten erover), een feit is wel dat deze acht stukken de hoogste eisen stellen aan het samenspel, waarbij geen enkele stem binnen het door de partituur uitgezette discours mag domineren en voortdurend sprake dient te zijn van een volmaakt ademend organisme. Acht musici die speeltechnisch tot de tanden gewapend zich geheel en al ten dienste stellen van de muziek en in opperste klankschoonheid de grenzen van hun muzikale heelal opzoeken. Dat is precies wat hier gebeurt. Frerik de Jong van Kleinman Audio heeft het even volmaakt vastgelegd. index |
|