![]() CD-recensie
© Aart van der Wal, mei 2012
|
Pärt: Veni creator (2006) - The deer's cry (2007) - Psalom (1985/91, rev. 1997) - Most Holy Mother of God (2003) - Solfeggio (1963/2008) - My heart's in the highlands (2000) - Peace upon you, Jerusalem (2002) - Ein Wallfahrtslied (1984, rev. 1996) - Morning Star (2007) - Stabat Mater (1985) Theatre of Voices, Ars Nova Copenhagen Harmonia Mundi HMU 807553 • 75' • Opname: juni 2010, Garnisonskirken, Kopenhagen Pärts 'nieuwe muziek' is overwegend contemplatief en laat zich niet in met het bruisende leven, zo schreef ik in oktober 2005 (klik hier). Zijn meanderende muze heeft in de loop der tijd zeker veel aanhangers gekregen, waaronder niet de minste als de Britse componist John Taverner (1944) en zijn landgenoot en de koordirigent Paul Hillier (1949). De motieven die ten grondslag hebben gelegen aan Pärts fundamentele 'Wende' doen er, puur geredeneerd vanuit musicologisch oogpunt, niet toe. De componeertechniek is vlekkeloos, de verbeeldingsvolle timbres tonen een wakkere geest, maar het grootste probleem schuilt wat mij betreft in diie voortdurende sonoriteit, dat muzikale 'polderen' dat een van de wezenskenmerken van iedere muziek, het contrast, conceptueel buiten werking zet. Het langste van deze tien stukken, het Stabat Mater (26 minuten), mag dan origineel zijn geïnstrumenteerd voor drie stemmen en strijktrio, maar wat gebeurt er nu eigenlijk in dit stuk? Heel veel, als verstilling als een fundamenteel element van de muziek wordt beschouwd. Let wel, fundamenteel en niet (meer) functioneel, want als het - zoals hier - zo vaak van stal wordt gehaald verliest het zijn functie, wordt het 'overkill'. Men stelle zich het basale probleem voor van een stuk van deze lengte dat wordt gedomineerd door verstilling en murmelen. Dat is het pad richting diepe rust, als het al niet hypnotiserend is. Pärts model laat weinig ruimte voor de verbeelding, want daarvoor is zij per saldo toch te voorspelbaar. Als, zoals hier, de hang naar esthetiek een doel op zichzelf is geworden en niet meer de uitkomst is van een verrassend gelaagd concept kan de verveling vrij gemakkelijk toeslaan. Ik durf in dit geval zelfs te beweren dat de koorwerken van Alphons Diepenbrock van bijna een eeuw geleden vooruitstrevender zijn dan die van Pärt nu. En dan heb ik het nog maar niet over componisten als Pijper, Vermeulen en Keuris; of verder van huis, Rautavaara, Kantsjeli, Goebaidoelina, Oestvolskaja, Saariaho, Vasks, Aho en Eötvös. Maar die lijst is naar believen uit te breiden. De kracht en de oorspronkelijkheid van de inventie, daar gaat het volgens mij voornamelijk om. Welke inventie schuilt er dan in 'My heart's in the highlands'? En is 'Peace upon you, Jerusalem' niet érg commercieel gedacht? Pärt stelt me voor raadsels, maar ze zijn niet van dien aard dat ik veel moeite wil doen om ze op te lossen. De uitvoering en de opname zijn boven iedere kritiek verheven. Drie geweldige ensembles, een organist die van wanten weet en de techniek die het volmaakt in de huiskamer brengt. Ook als solist mogen sommige leden van Theatre of Voices/Ars Nova Copenhagen er zijn: de sopraan Else Torp excelleert in fraaie legatostijl in 'My heart's in the highlands' en niet minder indrukwekkend is zij, met haar collega's William Purefoy (countertenor) en Chris Watson (tenor) in het Stabat Mater. Het zeer verzorgde boekje is goed gedocumenteerd en biedt naast veel nuttige informatie ook alle gezongen teksten. index |