CD-recensie

 

© Aart van der Wal, mei 2018

 

Mozart: Zes Adagio's en Fuga's KV 404a (gearrangeerd voor strijktrio) - Divertimento in Es KV 563

Jonathan Crow (viool), Douglas McNabney (altviool), Matt Haimovitz (cello)
Pentatone Oxingale Series PTC 5186714 • 74' • (sacd)
Opname: september 2005, Église Saint-Augustin, Saint-Augustin, Quebec (Canada)

   

Het strijktrio is misschien nog wel lastiger, veeleisender en minder verhullend voor zowel componist als uitvoerders. Het biedt niet of nauwelijks ruimte voor onbetekende vulstemmen en begeleidingsjablonen en vereist alleen al daardoor een soort hogere vorm van creativiteit. Het mag dan ook zeker merkwaardig heten dat Beethoven al in 1796 in dit genre zijn eerste strijktrio in Es (op. 3) publiceerde, bij Artaria in Wenen. Hij was toen nog zelfs vier jaar verwijderd van zijn eerste strijkkwartet (op. 18). Had hij zich misschien sterk aangetrokken en geïnspireerd gevoeld door Mozarts strijktrio in dezelfde toonsoort? Ging hij daardoor doelbewust de confrontatie aan met dat als divertimento geboekstaafde meesterwerk uit 1788? Beethoven moet de diepte en complexiteit van Mozarts divertimento hebben herkend en het zal voor hem op dat moment mogelijk de ultieme inspiratiebron hebben betekend.

Beethovens trio mag dan niet helemaal de vergelijking met dat van Mozart doorstaan, ze staan beide wel op eenzame hoogte wat oorspronkelijkheid en technisch vernuft betreft. Een wezenskenmerk van beide trio's is de gelijke behandeling van de drie instrumenten en daarmee dus ook de altviool, het instrument bij uitstek dat voorbestemd leek om slechts een saaie, 'opvullende' rol te vervullen maar nu in vrijheid wel degelijk kon 'schitteren'.

Het divertimento als genre suggereert gemakkelijk in het gehoor liggende melodieën en relatief geringe pretenties van de zijde van de maker. Hoe anders pakte het in KV 563 uit! Het is een volwaardig strijktrio dat zelfs naar mozartiaanse begrippen een vrijwel ongekend diepzinnige gelaagdheid kent, met adembenemende stemmingswisselingen en een fascinerende retoriek. Mogelijk heeft niet alleen de componist maar ook de vrijmetselaar Mozart in deze schitterende creatie een rol gespeeld. Immers, het werk is opgedragen aan Mozarts logebroeder Michael Puchberg. En toevallig of niet, de Es, Bes en As in de toonsoort Es vinden we ook terug in Die Zauberflöte.

Als Beethoven in 1796 door Mozart werd geïnspireerd, zo werd Mozart in 17892 door Bach geïnspireerd. De voor strijktrio bewerkte fuga's uit Bachs Wohltemperierte Klavier (op deze sacd zijn dat achtereenvolgens nr. 8 uit Boek I, nr. 14 en nr. 13 uit Boek II) getuigen ervan. Dit zijn niet slechts compositorische vingeroefeningen, maar subliem uitgewerkte miniaturen (de polyfone sporen ervan zijn ook terug te vinden in het Andante van KV 563, maar ook in Adagio & Fuga KV 546). De fuga's worden voorafgegaan door een echt mozartiaans adagio.

Drie topsolisten in their own right zorgen met hun fenomenale spel voor een rijk en onvergetelijk fluïdum: alsof dit betoverende amalgaam met meesterhand vloeibaar is gemaakt. De opname is schitterend. Het is mij overigens niet duidelijk waarom deze sacd pas nu verschijnt: de registratie dateert reeds uit 2005. Maar laten we ons toch vooral gelukkig prijzen dat hij er is!


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links