![]() CD-recensie
© Aart van der Wal, mei 2008 |
||||||||||||
Gershwin: Pianoconcert in F (1925). Kurt Leimer (piano), Skyline Symphony Orchestra o.l.v. Günter Neidlinger. Leimer: Pianoconcert nr. 4 (1955). Kurt Leimer (piano), Symphony of the Air Orchestra New York o.l.v. Leopold Stokowski. Colloseum Classics COL 9202-2 • 68' • Voor meer informatie: Dit is de tweede uitgave door de Zwitserse Kurt Leimer Stichting die zich toelegt op de promotie van jonge talentvolle pianisten, mede als blijk van eertoon voor de pianist, componist en pedagoog Kurt Leimer (Wiesbaden 1920 - Vaduz 1974). Ook Leimers discografische erfenis wordt door de stichting beheerd en uitgegeven. De eerste uitgave besprak ik reeds eerder (klik hier voor de recensie). Leimer mag dan vandaag de dag merendeels vergeten zijn, reeds op jonge leeftijd werd de kwaliteit van zijn spel herkend door grootheden als Walter Gieseking, Carl Schuricht en Wilhelm Furtwängler. Zijn eerste publieke optreden vond in 1938 in Berlijn plaats, waarmee de negentienjarige zijn openbare proeve van bekwaamheid aflegde na een intensieve studie bij onder anderen Vladimir Horbowsky, die nog een leerling van Rachmaninov was geweest. In 1939 nam Leimer les bij Edwin Fischer, maar een glanzende carrière op het podium werd danig in de weg gezeten door de dienstplicht en het verblijf in een gevangenis in Livorno. In 1944 schreef Leimer, die in de oorlog werd gewond, het Linkerhandconcert dat in 1953 werd uitgevoerd door de Wiener Philharmoniker onder Herbert von Karajan, met Leimer zelf aan de piano. Maar Leimer had meer bewonderaars, zoals Richard Strauss die zijn 'Panathenäenzug' op. 74 (eveneens een pianoconcert voor de linkerhand) aan hem opdroeg, hoewel het nogal holle werk oorspronkelijk was gecomponeerd voor de pianist Paul Wittgenstein (hij verloor in de Eerste Wereldoorlog zijn rechterarm) aan hem opdroeg. Strauss roemde Leimers techniek en muzikaliteit. In 1953 werd Leimer benoemd tot muziekprofessor aan het Mozarteum in Salzburg, een positie die hij tot zijn dood bekleedde.
Het op deze cd vastgelegde Vierde pianoconcert werd door Leimer op 14 oktober 1956 in Carnegie Hall in New York met dirigent Leopold Stokowski ten doop gehouden in een modern programma dat tevens Charles Ives' 'Robert Browning Ouverture' en Derde symfonie omvatte. De kritiek in de New York Times op het pianoconcert was niet gering: de muziekcriticus Howard Taubman vond het een stuk niet meer dan een 'grab-bag of inconsequences', maar over Leimers spel was hij bijzonder enthousiast. Die 'grab-bag of inconsequences' dringt zich ook ruim een halve eeuw later op: Leimer hanteerde een ware smeltkroes van stijlen, in een dusdanige overmaat dat er weinig ruimte overbleef voor een echt originele inbreng. Wie komen er in die 35 minuten niet allemaal als geesten voorbij gemarcheerd? Ravel (die het mooiste Linkerhandconcert schreef, eveneens voor Paul Wittgenstein), Poulenc, Hindemith, Honegger, Rachmaninov... Dat neemt echter niet weg dat deze uitvoering fabelachtig goed is, spontaan, gedreven, met een enorm aplomb.
De uitvoering van Gershwins Pianoconcert in F lijdt enigszins onder de minder alerte Neidlinger die zo te horen niet veel op heeft met het zo belangrijke ritmische profiel in dit opus. Het is in orkestraal opzicht eigenlijk boter noch vis, een beetje krachteloos, wat al aan het begin blijkt, als het onvoldoende geaccentueerde slagwerk uit de luidsprekers komt. Ook het typische Charleston-idioom mist de vereiste levendigheid. Dat is dubbel jammer want Leimer geeft juist wel een sterk pulserende vertolking ten beste, dusdanig zelfs dat solist en dirigent in het slotdeel (Allegro agitato) niet meer op een lijn zitten. Leimer blijft volkomen bij de les, Neidlinger mist allerlei pointes. De opnamekwaliteit is beter dan ik had gedacht. Het zal zeker hebben geholpen dat de mastertapes nog beschikbaar waren, hoewel de opnamekarakteristiek van de beide opnamen niet meer goed kon worden getraceerd. Het Gershwin-concert (opgenomen in 1972) klinkt glashelder, maar droog, met een wat opdringerig klankperspectief. Het Leimer-concert biedt meer akoestische ruimte (de volumeregelaar hoeft hier wat minder ver open), zonder verlies van helderheid. Voor het Pianoconcert in F is men naar mijn smaak het beste uit met de combinatie Haas/De Waart op Philips (zeer goed opgenomen overigens). Voor het Leimer-concert is geen alternatief voorhanden. index | ||||||||||||