CD-recensie

 

© Aart van der Wal, juni 2021

Keiser: Der blutige und sterbende Jesus (1705, gereviseerde versie 1729)

Monika Mauch (sopraan, Tochter Zion), Anne Bierwirth (alt, Tochter Zion), Anna Kelnnhofer (sopraan, Maria), Dominik Wörner (bas, Jezus), Mirko Ludwig (tenor, Petrus), Hans Jörg Mammel (tenor, Judas), Matthias Lutze (bas, Caiphas), Oliver Luhn (bas, Pilatus), Cantus Thuringia, Capella Thuringia o.l.v. Bernhard Klapprott
CPO 555 259-2 • 129' • (2 cd's)
Opname: juni 2018, Schießhaus, Weimar

   

Een van de grote verrassingen van het Bachfest 2018 was de uitvoering van Der blutige und sterbende Jesus van Reinhard Keiser (1674-1739) op woensdag 13 juni in de Nikolaikirche in Leipzig. Al tijdens de daaraan voorafgaande repetities trof mij zowel de door uiterst geraffineerd vervlochten dramatiek als het lyrisch-contemplatieve karakter van het werk. Later die avond, In de volgepakte kerk klonk het oratorium passionale in al zijn barokke weelderigheid, mede dankzij Cantus Thuringia & Capella Thuringia die met meesterhand werden geleid door de klavecinist Bernhard Klapprott. Dat werd ook door het publiek zo ervaren, want aan het slotapplaus leek geen einde te komen.

Uitvoering in de Nikolaikirche (foto Bach-Archiv Leipzig, Gert Mothes)

Dat was op 6 april 1705 in het toenmalige ‘Zuchthaus' in Hamburg wel anders: het bleek zelfs een regelrecht fiasco. Dat lag minder aan de compositie en meer aan de omstandigheden, want het tuchthuis was een verre van geschikte locatie, terwijl de vocalisten van de plaatselijke opera nauwelijks besef hadden van de eisen die aan een oratorium moesten worden gesteld, waardoor de uitvoering uitmondde in een theatraal spektakelstuk wat door zowel de critici als de gelovigen bepaald niet in dank werd afgenomen. Geen wonder dus dat na afloop de gemoederen hoog oplaaiden, maar ook nog lang daarna er veel over werd gezegd en geschreven. Het schandaal raakte zelfs dusdanig buiten proporties dat het ministerie zich er mee ging bemoeien.

Opgetekend in een plaatselijke kroniek:

‘Den 6ten April ward eine Passion im Zuchthause gesungen, worüber sich viele Leute Scandalisiret, weil viele Frauen geblößet außder Opera mit sungen und ein rechtes Theatrum darzu auffgeschlagen war. Wie dann Ministerium sich heftig darüber enrüstete.'

De arme Keiser, een belangrijke tijdgenoot van Johann Sebastian Bach, was door de aanhoudende kritiek totaal overrompeld. En dan te bedenken dat hij kon beschikken over een meer dan uitstekend orkest, bestaande uit zowel ‘Stadtmusiker' als vrije musici. Daaronder ook de klinkende namen van Mattheson, Schieferdecker, Graupner, Händel en Hasse. Het operaorkest in Hamburg had in die dagen een dusdanig hoog spelniveau dat het zelfs musici van heinde wist aan te trekken, maar daarnaast ook operacomponisten naar de stad trok.

De vraag is evenwel of ‘Opernkapellmeister' Keiser niet zelf aan deze uit de hand gelopen deconfiture sterk heeft bijgedragen. Immers, inhoudelijk valt in het werk een scherpe scheidslijn tussen opera en (dit eerste Duitse) oratorium niet te trekken. Wat precies de bedoeling van Keiser en zijn librettist Menantes (pseudoniem voor Christian Friedrich Hunold, 1680-1721) is geweest valt niet te achterhalen, maar de opzet van het geheel is aan geen enkele twijfel onderhevig: het oratorium als onbesmuikte theatervoorstelling. Het was deze passiemuziek die de weerslag vormde van het streven om kerkmuziek en opera op kunstzinnige wijze met elkaar te verbinden, een symbiose die met geen mogelijkheid misverstaan kon worden. Zeker bezien vanuit de traditionele liturgie op Goede Vrijdag was het aldus een duidelijk provocerend werk en dat waren de gelovigen in de vijf hoofdkerken in Hamburg niet gewend; en al helemaal niet in de Lijdensweek. Want daar hadden steevast de ingehouden passiemuzieken geklonken en waren uitsluitend de Bijbelteksten voor de muziek leidend. Er was de plechtige lofzang door de congregatie, slechts een bescheiden gehouden begin- en slotkoor, met daaraan hoogstens toegevoegd een paar eenvoudige ingevlochten aria's, een gebruik dat al terugging naar het laatste decennium van de vorige eeuw.

Het was dit zo vertrouwde beeld dat het duo Keiser-Menantes met Der blutige und sterbende Jesus volledig op zijn kop zette. Bijbelteksten die heus plaats moesten maken voor een libretto! Want dat was wat ze beiden uiteindelijk wilden: het vestigen van een nieuwe trend in de passiemuziek, met vooral de (poëtische!) nadruk op het menselijk drama en dan bovendien in een setting waarmee ze in de loop der jaren veel ervaring hadden opgedaan: die van de opera zoals die zich tot in de eerste decennia van de achttiende eeuw in Hamburg had ontwikkeld. Keiser was al artistiek leider van het plaatselijke opera operahuis aan de Gänsemarkt daarvan de belangrijkste aanstichter geweest. De vervlechting van opera en oratorium moet een kolfje naar zijn hand zijn geweest. Keisers sterke affiniteit met de kerkmuziek ging al terug naar 1685, toen hij als elfjarige werd ingeschreven als leerling van de Thomasschule in Leipzig, toen ook al een belangrijke broedplaats van muzikaal talent.

De belangwekkende positie van de componist Keiser speelde zich af op het breukvlak tussen de nog rond 1700 in de Italiaanse en Franse stijl gevangen toneelmuziek en de Duitstalige opera. Zo merkte Keisers plaatsgenoot, de componist en muziektheoreticus Johann Mattheson (1681-1764), tevens de auteur van standaardwerken als Das neu eröffnete Orchester (1713), Generalbaßschule (1731), Der vollkommene Capellmeister (1739) en Grundlagen einer Ehrenpforte (1740) daarover op:

‘Wie der erfindungsvolle Keiser hervortrat, fiel das alte Wesen dadurch fast gäntzlich weg, und wollte niemand was anders horen oder machen, als was dieser galante Componist gesetzt hatte.'

Het was aan het theater aan de Gänsemarkt waar Keiser zijn kans had gegrepen om de Duitse opera niet alleen te emanciperen, maar ook nieuwe impulsen te geven. Daar in Hamburg was bovendien het toneel waarop Keiser volkomen heer en meester was. En dat maar liefst een kwarteeuw lang, met hulp van een groot aantal medestanders, waaronder een uitgelezen schare  librettisten (zoals Menantes). Keiser was ook de man die het ‘Spielplan' van de opera bepaalde, met als voor de hand liggend gevolg dat er tussen 1697 en 1718 voornamelijk opera's van zijn hand werden uitgevoerd. Het waren voorstellingen op hoog niveau door een ensemble dat ook aan jonge musici alle denkbare kansen bood zich verder te ontwikkelen. Uiteraard waren daarbij ook gekwalificeerde en deels zelfs beroemde zangers en zangeressen van de partij, waaronder Pauline Kellner, de zanglerares van Anna Magdalena Bach. Kortom, er zet dus letterlijk muziek in, daar in Hamburg.

Keisers oratorium Der blutige und sterbende Jesu is niet alleen duidelijk het werk van een operacomponist, maar ook dat van een  toondichter die zeer vertrouwd was met de verschillende aspecten van de kerkmuziek, dat laatste vooral mede dankzij zijn intensieve leergang aan de Thomasschool. Het mag daarom alleen al een raadsel heten dat er van dit belangrijke werk tot heden geen cd-opname is verschenen. Terwijl de partituur van de latere, door de componist nog gereviseerde versie uit 1729 al in 2006 door de musicologe Christine Blanken (zij is onder meer verbonden aan het Bach-Archiv in Leipzig en ontdekte het manuscript in 2006) was ontdekt in de Berlijnse staatsbibliotheek.

Uitvoering in de Nikolaikirche (foto Bach-Archiv Leipzig, Gert Mothes)

Maar nu is het dan toch (eindelijk!) zover. Het voor de uitvoering noodzakelijke notenmateriaal werd door het Bach-Archiv beschikbaar gesteld, waarna op 2 oktober 2010 de hedendaagse première kon plaatsvinden in het kader van het muziekfestival Güldener Herbst in de Sankt-Petri Kirche in het (Duitse) Wandersleben, de geboorteplaats van tekstdichter Hunold. Deutschlandfunk verzorgde de radio-uitzending. De cd-opname vond plaats in juni 2018 in het ‘Schießhaus' in Weimar, rond dezelfde periode van de reeds gememoreerde uitvoering in Leipzig. Fijnbesnaard, maar met alle drama zoals Keiser dat erin heeft gelegd en bovendien fraai opgenomen is dit een zeer welkome aanvulling op het barokke oratoriumrepertoire.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links