CD-recensie
© Aart van der Wal, mei 2025 |
Zowel Viktor Kalabis 1923-2006) (als zijn vrouw, de baanbrekende Zuzana Ružicková (1927-2017) – zij was de eerste klaveciniste die de complete klavierwerken van Johann Sebastian Bach opnam – weigerde lid te worden van de Communistische Partij van Tsjecho-Slowakije, die het land regeerde van 1948 tot eind 1989. Als gevolg daarvan kreeg Kalabis te maken met intimidatie, reisverboden en een schrijnend gebrek aan openbare uitvoeringen van zijn muziek. Niet verwonderlijk dus dat onderdrukking van grote invloed was op veel van zijn werk. Daaraan kan tevens de nazi-bezetting worden toegevoegd, want hij was een van de velen die werd gedwongen tot slavenarbeid. Zoals ook Ružicková, die bovendien te maken kreeg met opsluiting in concentratiekampen van de nazi's. In Kalabis' muziek zijn weliswaar sterke invloeden van Bartók, Berg en Martinu te bespeuren, maar toch klinkt daarin ook een volstrekt eigen stem door. Een stem die zowel vastberaden is als uitdagend en die door Gidon Kremer en 'zijn' strijkensemble Kremerata Baltica op schitterende wijze tot uitdrukking komt. Hulde ook voor de violist Kremer, samen met de celliste Magdalena Ceple, in het Duettina voor viool en cello op. 67. De door Baltic Mobile Recordings in het Litouwse dorp Paliesius gemaakte opname paart helderheid aan sonoriteit. index |
|