CD-recensie

 

© Aart van der Wal, februari 2020

 

 

Haydn: Die sieben letzten Worte unseres Erlösers am Kreuze op. 51

Matangi Quartet
Matangi MTM 03 • 65' •
Opname: juli 2018, Jurriaansezaal, De Doelen, Rotterdam

 

 

 


Voor Frans Brüggen was Joseph Haydn (1732-1809) een uitvinder (en Mozart een theatrale rekel). Waaraan ik slechts nog kan toevoegen: en nog een hoogst spirituele ook. Het is en blijft daarom wonderlijk dat, vergeleken met Mozart, zijn muziek verhoudingsgewijs aanmerkelijk minder wordt uitgevoerd. Wat gelukkig niet wil zeggen dat Haydn er wat dit betreft op de concertpodia en in de platenstudio's er bekaaid vanaf zou komen. Het glas is in ieder geval halfvol...

Hoe inventief Haydn was blijkt ook uit de zeven delen die - afgezien van de aanvullende introductie en het slotdeel - Jezus' laatste zeven woorden aan het kruis symboliseren . Puur instrumentaal, maar evenals Haydns Stabat Mater daardoor niet minder imposant. Je moet het als componist maar aandurven: zeven stukken in uitsluitend langzaam tot zeer langzaam tempo (maestoso, largo, grave, adagio, lento). Alleen het slotdeel verloopt als een wervelwind: presto e con tutta la forza. Met alle kracht, want volgens het evangelie siddert en beeft de aarde. Er is geen twijfel aan: Haydn moet er al vanaf het begin van overtuigd zijn geweest dat hij ondanks al die langzame delen zijn publiek er voldoende mee kon boeien, want anders was hij er zeker niet aan begonnen.

Hoe zat het precies met dit opus 51? Haydn schreef het werk in Wenen rond 1785. De opdracht kwam van Don José Sáenz de Santa María, de schatrijke markies van Valde-Íñigo, die er heel veel geld voor over had gehad om de grot van Santa Cueva de Covadonga onder de kathedraal van Santo Rosario in het Zuid-Spaanse Cádiz het aanzien te geven van een kunstwerk dat de vergelijking met de Sixtijnse kapel kon doorstaan. Bloed, zweet en tranen, maar bovenal heel veel geld had het gekost. Hij had de componist gevraagd om voor de kerkdienst op Goede Vrijdag een daarbij passend werk te schrijven. Haydn voldeed aan de opdracht: hij schreef een orkestwerk dat naast een 'introduzione' zeven langzame delen (sonates) bevat en dat wordt afgesloten met een duizelingwekkend Il terremoto (letterlijk vertaald: de beweging van de aarde, een ware aardverschuiving).

Het 'oratorio' van de Santa Cueva

Haydn had van zijn opdrachtgever blijkbaar duidelijke aanwijzingen (misschien zelfs wel instructies) ontvangen, want hij schreef er zelf over dat de bisschop na de muzikale inleiding plechtig vanaf de kansel het eerste van de zeven woorden sprak om daar dan vervolgens een overpeinzing over te geven. Eenmaal weer afgedaald, knielde de bisschop voor het altaar en klonk de eerste sonate. Dat herhaalde zich evenzo vele malen. Aangezien iedere sonate tussen de ruim vijf en negen minuten in beslag neemt moet dat niet alleen voor die bisschop maar ook voor de kerkgangers een behoorlijke inspanning zijn geweest.

Er zijn vier versies van het werk bekend: voor orkest, strijkkwartet, piano of koor. We weten zeker dat de orkestversie geheel en al door Haydn werd gecomponeerd, maar over de versie voor strijkkwartet zijn de meningen nog steeds verdeeld. Sommige muziekwetenschappers betwisten zelfs de authenticiteit omdat volgens hen de stemvoering op sommige punten kwalitatief minder zou zijn dan van de grondlegger van het achttiende-eeuwse strijkkwartet verwacht had mogen worden. Een nogal arbitrair oordeel, dat wel.

De eveneens uit 1787 stammende pianoversie stamt zeker niet van Haydn, maar hij was er wel verguld mee, zoals blijkt uit een brief aan zijn Weense uitgever Artaria, waarin Haydn om enige extra exemplaren vroeg om mee te nemen naar Londen.
De kapelmeester van de Dom in Passau, Joseph Friebert, vervaardigde rond 1790 een versie voor koor en orkest, maar die raakte op de achtergrond nadat Haydn samen met baron Van Swieten - weliswaar met de partituur van Friebert als basis - voor een beter uitgewerkte (koor)versie had gezorgd.

Voor het werk gelden de volgende overwegingen (Haydn noteerde de kruiswoorden in de eerste-vioolpartij):

Sonate I Largo Pater, dimitte illis, non enim sciunt quid faciunt Lukas 23:34
Sonate II Grave Amen dico tibi: Hodie mecum eris in paradiso Lukas 23:43
Sonate III Grave Mulier, ecce filius tuus … Ecce mater tua Johannes 19:26-27
Sonate IV Largo Deus meus, Deus meus, ut quid dereliquisti me Mattëus 27:46/Marcus 15:34
Sonate V Adagio Sitio Johannes 19:28
Sonate VI Lento Consummatum est Johannes 19:30
Sonate VII Largo Pater, in manus tuas commendo spiritum meum Lukas 23:46

Voor ieder ensemble en zeker voor het strijkkwartet vormt dit werk een ware uitdaging. Niet alleen door de moeilijkheidsgraad (het strijkkwartet is een van de lastigste genres), maar ook door het discours waarin de spanning van de voordracht geen moment mag verslappen en waarbij tevens het gebod geldt van het veelzijdige kleurenspel dat de vier strijkers door het werk dienen te weven waardoor het bijzondere raffinement van dit werk nog eens uitdrukkelijk wordt onderstreept. Hier is Haydn aan het woord die al veel ervaring heeft opgedaan met het strijkkwartet als genre, maar het zo ook voor het voetlicht brengen vraagt om zowel geacheveerde techniek als muzikaal inzicht, twee eigenschappen waarvan het vaderlandse Matangi Quartet gelukkig het nodige in huis heeft. Het ensemble behoort niet voor niets tot de top van het fenomeen strijkkwartet.

Geen misverstand: het gaat in dit werk niet om de uiterlijke aspecten van het kruisigingsdrama, maar om de puurheid van de innerlijke beleving. Vrijwel iedere noot is ervan doortrokken, de ingehouden expressie spreekt boekdelen, de narratieve kracht die van het muzikale, deels declamatorische betoog uitgaat is alleen al een wonderwereld op zich.

De warme gloed, de fascinerende pasteltinten, de fijnzinnige dynamische gradaties, het bescheiden gehouden vibrato, de strikt heldere stemvoering, de diepgravende retoriek, de hoogste graad van precisie en van balans: het zijn de essentiële ingrediënten van een vertolking die diepe indruk maakt. Dankzij opnametechnicus Bert van der Wolf klinkt het bovendien zoals het moet: strikt helder, maar zonder enige scherpte. Een album om te koesteren, en zeker niet alleen rond Pasen.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links