CD-recensie

 

© Aart van der Wal, december 2012

 

 

Han de Vries - The Radio Recordings

Oboe Classics CC2024 • 10.55' • (9 cd's + 2 dvd's)

Verkoopprijs incl. verzendkosten: € 61,75
Bestellen (zolang de voorraad strekt!):
www.oboeclassics.com
Of via e-mail

(Zie voor de inhoudsopgave onderaan deze recensie)

Zie ook Han de Vries - The almost last recordings


Bestaat er zoiets als een Nederlandse hoboschool? Het blijkt lastig te zijn om een dergelijke vraag afdoende te beantwoorden. Ik denk terug aan de interviews die ik had met solisten en dirigenten, waarin ik zowel 'binnen als buiten de lijnen' met hen sprak over het wel of niet bestaan van de verschillende 'scholen', waarbij sommigen van hen opmerkten dat die geleidelijk aan slachtoffer waren geworden van de sterk toegenomen globalisering en aldus uit het zicht zijn verdwenen, wat er volgens hen opneerkwam dat veel solisten en orkesten geen eigen klank (meer) hebben en dat de vervlakking alom om zich heen heeft gegrepen. Sommigen van hen meenden zelfs ("niet opschrijven hoor!") dat de steeds sterker wordende 'Aziatische aanwas' eerder een gevaar voor de westerse muziekbeoefening opleverde dan dat die complementair zou zijn.
Natuurlijk, het valt niet te ontkennen dat er best nadelen aan die globalisering kleven. De bankencrisis is er een van, maar ook de uitwisseling van musici en muziekdragers heeft ertoe bijgedragen dat de 'couleur locale' het menigmaal moest afleggen tegen het mondialisme. Bovendien lijkt het commerciëler en dus vluchtiger te zijn geworden, en heeft ook de voortschrijdende digitale techniek de overeenkomsten groter en de verschillen kleiner gemaakt.

Maar wat die typisch Nederlandse hoboschool betreft kan de vraag zeker positief worden beantwoord, want die is er wel degelijk geweest en bestaat in zekere zin nog steeds. De lijn kan rechtstreeks worden doorgetrokken van Jaap Stotijn (1891-1970, klik hier), eerste hoboïst van het Residentie Orkest, tevens hoboleraar aan het Haags conservatorium (later ook nog privéleraar) en diens vroeg overleden zoon Haakon (1915-1964), solohoboïst van het Concertgebouworkest en docent aan het Amsterdams conservatorium, naar Han de Vries (1941), eveneens eerste hoboïst bij dat orkest, zij het vrij kort, van 1963 tot 1970, toen de solocarrière lonkte en hij zich in korte tijd wist te ontwikkelen tot een van de beste hoboïsten, zowel op zijn Lorées als op de barokhobo. Gelukkig kunnen we aspecten van zijn bijzondere speelstijl ook terugvinden bij sommige hoboïsten van de huidige generatie, met misschien wel als belangrijkste representant Pauline Oostenrijk, die nog bij Han (hij was pas 22 toen hij al door het Sweelinck-conservatorium in Amsterdam werd aangetrokken als docent) heeft gestudeerd.

Het is niet zo eenvoudig om het glanzende spel van Han de Vries onder woorden te brengen. Het is zelfs maar de vraag of dat wel zo wenselijk is, laat staan of dat überhaupt kan. Misschien willen we vandaag de dag wel te veel verklaren, willen we op vrijwel alles een antwoord hebben, terwijl het juist aan de muziek is om ons te laten wegvoeren naar 'onbestemde verten', naar nieuwe panorama's, naar een onontgonnen gebied waar we weinig van weten maar waar het wel goed toeven is en waar we ons onmiddellijk thuis voelen. Maar goed, het spel van Han de Vries wordt voornamelijk gekenmerkt door een weergaloze techniek waarmee hij een ronde, bijna wellustige klank uit zijn instrumenten (meervoud!) wist te toveren, zo warm en expressief, zo rijk geschakeerd dat het idiomatische karakter ervan scherp afsteekt tegen de klank van vandaag, waarin niet of nauwelijks nog ruimte is voor een dergelijke zinnelijke beleving. De hoboklank van Han de Vries is er een om op slag verliefd op te worden. Ik zei het al, het is niet zo gemakkelijk te benoemen, maar wel kan worden gezegd dat dit spel ver afstaat van het weke, het sentimentele, het gesuikerde, het tendeert nooit naar het behaagzieke, het epaterende. Alsof er een voortdurend verlangen naar pure schoonheid uit spreekt, die is verankerd in die vrije embouchure waarmee het ware wezen van de muziek wordt blootgelegd. Het is bovenal een schoonheid die nooit cosmetiserend uitpakt, geen doel op zich is, maar de zeggingskracht laat spreken die inherent is aan de muziek, onverschillig of die uit de achttiende of uit de twintigste eeuw stamt. Niet meer, niet minder, maar dat is alles tezamen genomen wel héél wat.

 
 

Wie het spel van Jaap en Haakon Stotijn wil terughoren zal in oude lp-verzamelingen moeten grasduinen, want voor zover ik weet zijn er momenteel geen cd's leverbaar. Het hobospel van Jaap en Haakon Stotijn en Han de Vries laat zich dus niet zo gemakkelijk vergelijken, maar misschien weet u - in een kringloopwinkel of op een markt? - de hand te leggen op oude cassettebandjes of op die inmiddels stokoude Basart-lp met opnamen uit 1951 en 1961, met op de ene kant het Hoboconcert van Alexander Voormolen, gespeeld door Jaap Stotijn, met het Residentie Orkest onder leiding van Willem van Otterloo, en op de andere kant het Dubbelconcert van dezelfde componist, waarin Jaap wordt bijgestaan door Haakon, met het Radio Filharmonisch Orkest o.l.v. Jean Fournet. Die lp (Basart INTPS 59038) werd destijds goed verkocht, nadat de muziek op die lp was gebruikt in de door de NCRV in 1969 en 1970 uitgezonden tv-serie 'De kleine Zielen' naar het (bijna) gelijknamige boek van Louis Couperus.

In de nu voorliggende cd-uitgave keren de beide Voormolen-concerten weer terug, maar nu gespeeld door Han de Vries, met in het Dubbelconcert een andere hobocoryfee: Bart Schneemann, in beide concerten begeleid door het Radio Kamerorkest onder leiding van respectievelijk David Porcelijn en Pierre Stoll. Degenen die de oude Basart-lp nog koesteren en deze cd-box hebben aangeschaft ondergaan misschien wel de sensatie van oude bekenden die elkaar na meer dan een halve eeuw weer ontmoeten en de draad weer hebben opgenomen, alsof ze nooit zijn weggeweest! Er ligt een wereld tussen, en toch ook weer niet...

Een belangrijk aspect van de Kunst van Han de Vries vinden we in het inmiddels moderne, maar toen nog eigentijdse repertoire, dat hij een warm hart toedroeg en hem een niet gering aantal compositieopdrachten opleverde. In deze cd-box vinden we veel twintigste-eeuwse stukken van - in alfabetische volgorde - Malcolm Arnold, Simon Bainbridge, Richard Rodney Bennett, Willem Breuker, Elliott Carter (zojuist overleden, hij werd maar liefst 103!), Peter Maxwell Davies, Rudolf Escher, Bert Esser, Morton Feldman, Jean Françaix, Pavel Haas, Heinz Holliger, Jacques Ibert, Guus Janssen, Hans Kox, Krzysztof Penderecki, Peter Schat, Karlheinz Stockhausen. Mikis Theodorakis (heel bijzonder, in De Ballade van Mauthausen, met Liesbeth List, Ton Lutz en het trio van Louis van Dijk, met Louis voor deze gelegenheid op klavecimbel!), Stefan Wolpe en Iannis Xenakis.
En dan is er Bruno Maderna, die speciaal voor Han de Vries zijn Derde hoboconcert schreef. Op 6 juli 1973 beleefde het stuk zijn première tijdens het Holland Festival, met De Vries uiteraard als de solist, en met het Radio Filharmonisch Orkest onder leiding van de componist, drie maanden vóór diens overlijden (ten tijde van de uitvoering was Maderna al ernstig ziek: hij leed aan longkanker). We zien en horen hen op de bonus-dvd met de kort voor de première gemaakte studio-opname. De Engelse première van het werk vinden we overigens terug op cd nr. 4 (in het begeleidende boekje wordt ten onrechte cd nr. 5 genoemd), eveneens met Han de Vries, maar nu met het BBC Symphony Orchestra onder leiding van John Carewe (een door de zender BBC3 gemaaktel live-opname). Boeiend om beide uitvoeringen met elkaar te vergelijken en de vele interpretatieve verschillen te horen, die aantonen dat het stuk op meerdere manieren kan worden uitgevoerd zonder aan poëtische en expansieve kracht in te boeten.

Het is net zo fascinerend om te horen hoe gemakkelijk Han de Vries de scheidslijn tussen 'oud' en 'nieuw' wist te overbruggen, waaruit blijkt hoe gemakkelijk deze begenadigde hoboïst zich in de beide domeinen thuisvoelde, daarbij zeker geholpen door puike ensembles en dito instrumentalisten. Deze naar mijn gevoel volkomen tijdloze registraties maken iets heel pijnlijk duidelijk: dat een musicus eerst, zoals in dit geval, zeventig jaar moet worden en er iemand in de persoon van Peter Bree belangeloos in de bres moet springen en bereid is om van deze jubileumbox veel werk te maken; en dan mede dankzij de financiële steun van Hans goede vrienden en relaties. We mogen deze hoboïst (ooit leerling van Han de Vries), radiomaker en zéér welluidende presentator van menig radioprogramma buitengewoon dankbaar zijn voor deze met Han de Vries en Jeremy Polmear geselecteerde en samengestelde radio-opnamen, die het kleine Engelse label Oboeclassics bereid was uit te geven. Opnamen die zo goed klinken omdat ze gewetensvol werden onderworpen een noodzakelijke technische opknapbeurt. Bovendien moeten editing en mastering een karwei van jewelste zijn geweest (het is jammer dat de naam van mijn goede vriend Freek Sluijs, verantwoordelijk voor het digitaliseren van de opname van Voormolens Hoboconcert, ontbreekt, terwijl Alexander Van Ingen en Daniel Patriasz wel in het boekje worden genoemd, maar het is mij intussen duidelijk geworden dat dit aan een omissie van de kant van de omroep te wijten is). Maar het zal boven alles een bijzonder interessante speurtocht zijn geweest, daar in het Hilversumse Instituut voor Beeld en Geluid. De liefhebber kan zelf eveneens een speurtocht ondernemen, want gelukkig is in het cd-boekje tevens een discografie opgenomen die hem wat dat betreft mogelijk verder kan brengen. Jammer dat de platenmaatschappijen wat dat betreft verstek hebben laten gaan. Als ze voor deze bijzondere gelegenheid de handen ineen hadden geslagen zouden we nu ook een box met de - evenmin te versmaden en al eerder uitgebrachte, maar grotendeels allang niet meer leverbare - commercieel uitgebrachte opnamen hebben gehad. Dit zou een kolfje naar de hand van Brilliant Classics zijn geweest, die al veel oude(re), merendeels vergeten opnamen nieuw leven heeft ingeblazen, en ook nog voor een uiterst schappelijke prijs op de markt heeft gebracht.

Maar gelukkig, het glas is meer dan halfvol! We hebben nu in ieder geval een schitterende productie in huis die dankzij de uitgelezen (vrijwel uitsluitend) live-opnamen niet alleen een fraai beeld geeft van het spel van Han de Vries, maar tegelijkertijd een indrukwekkend muzikale tijdsbeeld oplevert dat ruim veertig jaar bestrijkt. Niet missen, deze uitgave, waarvan de voorraad - zo is mij verteld - niet onuitputtelijk is.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links