CD-recensie
© Aart van der Wal, juli 2016
|
Je moet maar durven, om in een overvol discografisch landschap opnieuw met Beethovens Vioolconcert op de proppen te komen, en dan ook nog als jong en relatief onbekend violist (de Zwitsers Sebastian Bohren is pas 26) met een jong en nog vrij onbekend ensemble (CHAARTS Chamber Aartists bestaat pas zes jaar, met musici afkomstig uit de beste orkesten en ensembles). Aspiraties genoeg, maar in Beethoven valt het resultaat tegen. Wat ik in deze vertolking met name bij het (qua omvang bescheiden gehouden) ensemble mis is grandeur en gravitas, eigenschappen waar dit concert toch echt om vraagt (al zal het in Beethovens tijd ongetwijfeld anders zijn geweest). Het fameuze Larghetto mist zowel van de kant van de solist als van het orkest de expressieve diepte die er wel degelijk inzit en die in de rijke discografische geschiedenis van het werk ook volop present is. Het lichtvoetig gehouden, sprankelende Rondo is wel een interpretatief schot in de roos, mede geholpen door de bescheiden omvang van het ensemble. In Schumanns diep inkervende, maar bij vlagen niet al te geïnspireerde Fantasie voor viool en orkest mis ik de warmte en het aplomb die het stuk met gemak boven zichzelf kan uittillen. Dat maakt bijvoorbeeld Patricia Kopatchinskaja op slag duidelijk in haar Audite-opname (klik hier). Waar wel tegenover staat dat - hoewel het een fantasie betreft - de structurele aspecten van het stuk bij Bohren iets scherper worden geëtaleerd dan bij Kopatchinskaja. Het best slaagde het Nonetto van Jean Françaix (1912-1917), een adaptatie van Mozarts bekende kwintet voor piano en blazers KV 452. Violist en ensemble leveren een vertolking van grote klasse af die zeldzaam transparant is en gepaard gaat met een verbluffende precisie die de wervelende spontaniteit geen seconde in de waagschaal stelt. Het bezonken en diep gewortelde Larghetto is niet anders dan subliem (waarom dan niet bij Beethoven, vroeg ik mij prompt af). Het is zoals het is! index |
|