CD-recensie
© Aart van der Wal, oktober 2010
|
||
Beethoven: Symfonie nr. 4 in Bes, op. 60 - nr. 6 in F, op. 68 (Pastorale). Budapest Festival Orchestra o.l.v. Iván Fischer. Channel Classics CCS SA 30710 • 79' •
Er is toch bijna geen orkestleider te vinden die niet tenminste eenmaal in zijn leven de Beethoven-symfonieën wil opnemen? De een zal misschien minder zeker zijn van zichzelf dan de ander ("er is al zoveel op de markt, wat kan ik daar nu nog aan bijdragen?") of andere goede of minder goede overwegingen hebben om het nog een poosje uit te stellen, maar uiteindelijk zal het bloed toch kruipen waar het niet gaan kan en verschijnt daar wéér een Beethoven-cyclus die dan in de pers wel of geen hoge ogen gooit. Ik hoorde eens een dirigent over Beethovens Vijfde murmelen: "Vervelend, dat ik altijd met Kleiber [Carlos in dit geval - AvdW] wordt vergeleken. Die uitvoering achtervólgt me gewoonweg!" Voor Fischer geldt dat vooralsnog niet, want hij is nog niet toe aan de Vijfde, maar wat de Zesde betreft moest hij zijn krachten in ieder geval meten met enige rasvertolkers en dito orkesten, de uitvoeringen in het 'authentieke' domein niet meegerekend: Karl Böhm en de Wiener Philharmoniker (DG), Nikolaus Harnoncourt met het Chamber Orchestra of Europe (Teldec) en Bruno Walter met het Columbia Symphony Orchestra (Sony). Over die laatste opname hoor je vrijwel niemand meer, de tijd heeft wat dat betreft zijn werk wel gedaan. Over Walter gesproken: op de repetitieplaat hoor je hem en het orkest worstelen met de beginmaten van het Adagio uit de Vierde symfonie, met die weerbarstige ritmische staccatofiguur in de tweede violen en later ook in de alten en celli, waar boven zich dan de eerste viool cantabile! verheft met een melodie van opperste schoonheid en verrukking. Het is een van de vele tegenstellingen waarvan Beethoven het geheim leek te bezitten: vooral niet sentimenteel worden en áls er dan tóch een beetje aanleiding toe bestaat die zéér expressieve melodie 'afdekken' met een pregnante ritmische figuur om de zaak in evenwicht te houden. Ik hoor Walter nog zuchten dat dit een van de moeilijkste delen uit een Beethoven-symfonie was. En gelijk heeft hij! Hoe doet Fischer dat? Misschien kostte het hem evenveel moeite, maar er is - evenals bij Walter - gelukkig niets van te horen. Het is ook onder Fischers handen een Adagio vol onopgesmukte poëzie geworden die rechtstreeks tot het hart spreekt, met die sublieme dialogen tussen strijkers en blazers die het hart doen smelten. In de hoekdelen staan alle neuzen perfect in dezelfde richting, alles staat echt 'recht onder elkaar', het is van het eerste tot het laatste akkoord spatgelijk, met een enorme ritmische drive die bijna dat gebaar van "wie doet mij wat." uitstraalt. Het is 'power play' van de goede soort, het soort jongensachtige stoerheid dat aanstekelijk werkt, maar zonder dat de lyriek (tweede thema!) tekort komt. De finale is geen Allegro ma non troppo maar meer Allegro vivace, zoals bij de meeste dirigenten. Het aangegeven metronoomtempo geeft hen gelijk. De kans is al met al vrij groot dat Beethoven het zo bedoeld moet hebben, zij het natuurlijk met een veel kleiner orkest en andere instrumenten (o.a. de blaasinstrumenten van nu zijn niet de blaasinstrumenten van toen). Van de Zesde kun je zeggen dat Boedapest niet ver van Wenen afligt. Of om precies te zijn, van het Wiener Wald. Beethoven heeft dan wel gezegd dat zijn Pastorale eerder als "Ausdruck der Empfindung" dan als "Malerei" moet worden opgevat, maar er is vrijwel geen dirigent te vinden die er geen op en top muzikale natuurschildering van wil maken, op die mooie tocht van de "angenehme, heitere Empfindungen welche bei der Ankunft auf dem Lande im Menschen erwachen" en het "lustiges Zusammensein der Landleute" via het wel erg realistisch vormgegeven noodweer naar de apotheose, "Hirtengesang, Wohltätige, mit Dank an die Gottheit verbundene Gefühle nach dem Sturm". Een mondvol, maar tekenend voor de sfeer die de Pastorale omgeeft. En Beethoven wist daar natuurlijk alles van, hij stond er 's zomers middenin, hij trok van het ene wijndorp naar het andere, doorkruiste landerijen en bossen. Al hoorde hij de fluit van de schaapsherder en de zachtjes kabbelende beek niet meer. Het lijkt wel alsof Fischer er met zijn troepen eveneens middenin staat, zo overtuigend brengt hij dat unieke, in muziek gevatte landleven over het voetlicht. Waarom Fischer het hoofdthema van het slotdeel door de soloviool laat spelen is heel bijzonder, want in de partituur staat het zo niet. In ieder geval roept het het Benedictus uit de Missa Solemnis in herinnering, al draait het daarin om het hoge G-groot akkoord: Benedictus, qui venit, gezegend (hij), die komt uit de naam des Heren. Of zag Fischer bij de bestudering van de partituur van de finale van de Pastorale toch die inderdaad duidelijke parallel met het Agnus Dei uit die mis, waar de samenbindende motieven zo uit het slotdeel ervan lijken te zijn gestapt? En bovendien in dezelfde maatsoort (6/8) en in hetzelfde tempo (Allegretto). Een blik op dat Agnus Dei en we kijken tevens naar Beethovens fijnzinnige pastoraal uitgewerkte 'Dank an die Gottheit verbundene Gefühle nach dem Sturm'. Als toeval in dit geval al bestaat is het wel van een heel bijzondere soort. Niet minder treffend is trouwens de 'luftpause' die Fischer vijf maten vóór het slot van de Pastorale geïntroduceert, maar die als zodanig niet in de partituur staat genoteerd. Hij bereikt aldus een bijzonder en indrukwekkend effect door de gedempte (con sordino) solohoorn uit het niets op te laten komen. Tot slot is er dan nog dat opvallende karakter in de themabehandeling in het tweede deel, de 'Szene am Bach', waarin Fischer met uiterst minuscule vertragingen (het is meer een nauwelijks waarneembaar inhouden zo niet oprekken van het tempo) de loop van het water lijkt te symboliseren. Dát is toch al met al echt innovatief Beethoven dirigeren! Jared Sacks en Hein Dekker hebben er in februari van dit jaar in het kunstpaleis in Boedapest weer erg veel werk van gemaakt en een mooie opname afgeleverd, de zoveelste op rij. Zoon Jonas Sacks maakte mooie foto's van Fischer en een filmdocumentaire van de opnamen (klik hier). Een aanrader, dit Beethoven-tweetal uit de stal van Fischer en zijn Budapest Festival Orchestra. Of dit een Beethoven-cyclus gaat worden? Welzeker! index | ||