Het Japanse Nippon Columbia geeft al járen te kennen dat Denon
bij muziekminnaars en
audiofielen serieus moet worden genomen en voegt de daad ook bij het woord:
menig
kwaliteitsprodukt van dit concern vond moeiteloos zijn weg, al moet worden
gezegd dat de
topklasse voor menigeen financieel onbereikbaar is (gebleven). Het aardige
van Denon is
evenwel dat de eerst in peperdure 'audio-machines' toegepaste snufjes
en innoverende
technieken geleidelijk óók een plaats krijgen in heel wat
bescheidener geprijsde apparatuur van
dit merk. Formule I dus ook in de middenklasse! De hier onderzochte PMA-2000R
is een méér
dan sprekend voorbeeld van deze positieve ontwikkeling.
Het lijkt een beetje vergeten te worden onder het geweld van de zich almaar
opdringende hang
naar middelmatigheid en bezuiniging, maar een versterker hoeft maar één
ding goed te doen:
verstèrken! Niets minder, maar vooral niets méér.
Het komt er héél rudimentair op neer dat het
signaal dat erin wordt gestopt er precies zo uit moet komen; dat er dus
geen enkel meetbaar en
hoorbaar verschil is tussen het ingangs- en het uitgangssignaal. Dat zou
trouwens met evenveel
recht van een dat-deck, tuner of receiver mogen worden verlangd. Voor
een goede versterker geldt
dat deze geen enkele bijzondere eigenschap hoeft te bezitten, of het zou
de neutrale doorgifte van
het aangeboden signaal moeten zijn. De klank- en balansregelaars stellen
de gebruiker in staat
om het geheel naar eigen voorkeur en oordeel op smaak te brengen. Dan
is het weliswaar gedaan
met de neutraliteit, maar het is wel zo prettig dat je thuis zèlf
nog enigszins kunt uitmaken hoe je
het qua klank uiteindelijk wilt hebben. Dat is minstens één
aspect dat audiofiele puristen t.o.v.
muziekminnaars op een niet meer in te halen achterstand zet.
Bijzondere eigenschappen?
De Denon PMA-2000R is technisch een héle mond vol. Aan de basis
vinden we de UHC-MOS
High Current Single Push-Pull (inderdaad, duwen en trekken!) schakeltechniek
die we ook al
kennen van het perperdure POA-S1 mono-blok (ja, ja, f. 45.000,- per stuk!)
en de PMA-S1
geïntegreerde versterker (met f. 7.500,- dan een koopje te noemen).
Daarmee is het natuurlijk nog
niet 'bijzonder', maar een paar stappen verder gaande blijkt toch zonneklaar
dat Denon een dijk
van een versterker heeft gebouwd. De toepassing van pure Mos-Fet's (toppers
in de
transistortechniek) wijst al op een serieuze poging om tot kwaliteitsweergave
te komen, maar als
die dan ook nog bij machte zijn om zonder blikken of blozen dik 120 ampère
aan de eindtrap te
leveren... Je zou haast denken dat er in deze krachtcentrale bipolaire
transistoren verstopt zitten,
maar niks hoor, het is Mos-Fet voor en Mos-Fet na! De verschillende circuits
zijn ieder in
afzonderlijke en volledig afgeschermde blokken (er zijn er zes van) ondergebracht
en de voeding
is zo ruim bemeten dat in het inwendige inderdáád naar hartelust
en zonder onnodige
beperkingen kan worden 'geduwd en getrokken'. De opbouw lijkt op die van
een dubbele mono-versterker, een keuze die wordt gerechtvaardigd doordat
wederzijdse beïnvloeding van de beide
kanalen op andere wijze veel lastiger valt tegen te gaan. De voeding legt
de hoofdtaak van de
PMA-2000R, t.w., versterking, dus geen strobreed in de weg. Twee kapitale
trafo's in parallel zijn
zo gemonteerd dat strooivelden geen kans krijgen om de (toch al extreem
lage) eigen ruis van de
versterkercomponenten te beïnvloeden. De elektrolytische condensatoren
hebben een capaciteit
om u tegen te zeggen en natuurlijk hoeft er ook niet lang worden gezocht
naar filmcondensatoren
uit de 'audio grade' klasse.
Denon is terecht zéér trots op de toegepaste diode-techniek
voor de omzetting van de
wisselspanning van de voedingstrafo naar de gelijkspanning voor de eindversterker.
Het resultaat
is dat de PMA-2000R - als het moet - niet alleen extreem snel reageert
op plotseling opdoemende
stroompieken (transiënten!), maar ook dat het gekozen concept borg
staat voor consistente
stroomlevering bij iedere binnen het concept vallende belasting en vermogensvraag.
Nog meer lekkers
Het chassis is om van te watertanden. Onvervalst staalplaat met een dikte
van maar liefst 1,6 mm
vinden we slechts bij uitzondering bij geïntegreerde versterkers
in deze prijsklasse. Het
voedingsdeel heeft bovendien nog een apart chassis van eveneens 1,6 mm
wat alles bij elkaar op
die plaats een dikte oplevert van 3,2 mm! Niet alleen levert dit een uiterst
solide geheel op, maar
dit is ook dè manier om resonanties al in de kiem te smoren. Terwijl
we allemaal weten dat
trillingen in versterkers nooit goed zijn voor de signaalkwaliteit. De
luidsprekerklemmen zijn van
zwaar verguld koper, met twee van het vier paar connectoren voor bi-wiring.
Het even solide
frontpaneel is minstens voornaam te noemen en ha...er zit een klankregeling
op! Niet dat die veel
voorstelt (100 Hz en 10 kHz, ± 8 dB), maar het is toch beter dan
niets. En er is zelfs een
balansregelaar. De centraal geplaatste en motor gestuurde volumeknop is
groot uitgevoerd en
daarmee maakt Denon gelijk terecht duidelijk dat dit de belangrijkste
regelaar is. Voorname rode
leds voor de ingangskeuze (phono, cd, tuner, aux, tape-1 en tape-2), een
aparte record-out
selector en de uitgang voor hoofdtelefoon ronden het fraaie geheel af.
Kopiëren van band naar
band is mogelijk, maar uitsluitend in één richting. De prijs
in aanmerking nemende had het best in
beide richtingen mogen zijn en waren twee extra ingangen (bijv. aux-2,
vcr) geen overbodige luxe
geweest. Uiterlijk en innerlijk echter een schitterende machine die standaard
met
afstandbediening wordt geleverd. Een zware jongen ook met z'n 20 kg die
bovendien om een
ruim plaatsje vraagt: 434(b) x 180(h) x 478(d) mm inclusief knoppen, voeten
en aansluitingen. De
warmteontwikkeling is dankzij de grote koelribben en de toegepaste techniek
ook bij behoorlijke
vermogensafgifte niet noemenswaardig, al moet er bij plaatsing altijd
met voldoende ventilatie
rekening worden gehouden. Neem dit advies nooit te ruimhartig, want de
levensduur is ermee
gemoeid.
Technische doopceel
De phono-ingang is omschakelbaar: mm 2,5 mV bij 47 kOhm, mc 200 V bij
100 Ohm (best goed
bruikbaar, al presteert bijv. een dure Ortofon-trafo hier hoorbaar beter),
de overige ingangen
hebben een gevoeligheid van 150 mV bij 47 kOhm en 13 kOhm. Voor cd had
het best 250 mV
mogen zijn... Zolang 100 dB dynamiek tot de 10 cd-geboden behoort, blijven
we opgezadeld met
die vermalijde ± 2 V uitgangsspanning van de cd-speler. Een vaste
of variabele verzwakker blijft
dan een prima alternatief, al wordt dit door sommigen als een rechtstreekse
aanslag op hun hifi-bestaan beschouwt. De oversturingsgrenzen zijn zéér
ruim en de zeer goede ruisafstanden
passen bij dit kwaliteitsprodukt. Met kortgesloten ingang bijv. op phono
mm bij 4,8 mV gewogen
85 dB en op mc bij 0,5 mV 73 dB. De lijningangen halen met gemak 100 dB.
De
frequentiekarakteristiek is zo recht als de bekende liniaal en dat geldt
óók voor de RIAA
gecorrigeerde phono-karakteristiek, met de keurige, steile inzet van het
filter vanaf 18 Hz. Er is
geen instelbaar rumblefilter en naar een mono-schakelaar zal vergeefs
worden gezocht, maar
source-direct ontbreekt niet. Belangrijker is echter dat zelfs bij geheel
opgedraaid volume er geen
spoortje hoorbare overspraak tussen de ingangsbronnen is.
Een vermogend heer
Je ziet aan de hand van enige simpele vervormingsmetingen of een versterker
op papier (de
scoop mag ook) z'n technische partijtje goed meeblaast. Het gespecificeerde
vermogen is 2 x 80
w aan 8 ohm en bij 0,07% vervorming. Bij 20% onder het clipping niveau
is maar liefst 2 x 120 w
aan 8 ohm beschikbaar! Bij 4 ohm belasting mag u dan op 200 w rekenen.
Wat je aan vervorming
kan meten is niets anders dan restruis. Met tone bursts (die lijken nog
een beetje op
muziekpieken) zie je ook snel dat deze Denon zonder kramp grote vermogens
uit de hoge hoed
tovert en dit ook nog lang kan volhouden zonder te knipperen. Het beveiligingscircuit
blijft in diepe
rust. De oscillogrammen laten ook zien dat we met een heer van stand van
doen hebben. De 10
kHz blokgolf is perfect, met een steile voorkant, terwijl grote capacitieve
belastingen van zo'n 2
microFarad op de scoop geen enkel spoor van natrillen lieten zien. Liefhebbers
van elektrostaten
kunnen - zij het voorzichtig i.v.m. het versterkervermogen! - óók
aan hun trekken komen. Dat geldt
eigenlijk voor iedere goede versterker. Op extreme luisterniveau's (nèt
onder het niveau dat de
buren die drie huizen verderop wonen dwingt hun heil elders te zoeken
of de politie te bellen) valt
er eigenlijk niets zinnigs te meten: de cijfertjes liggen daarvoor te
diep achter de komma
verscholen.
Horen en weten?
Meettechnisch zeg ik: dit is een absoluut neutrale versterker. Op het
gehoor beoordeeld kan ik dit
nóóit beweren. Dat kan niemand, al zou je ze de kost moeten
geven dit dat wel menen te kunnen
(het adagium luidt: meten is horen). Wèl vind ik dit een versterker
die mij iedere denkbare nuance
biedt die ik mij niet muzikaler kan voorstellen. Met de best denkbare
apparatuur erbij (Meridian
508 HR cd-speler en Quad ESL-63 elektrostaten) ontstaat een combinatie
die zó intens muzikaal
is dat bij ca. f. 2.500,- en een levensduur van minstens 15 jaar u voor
f. 166,- per jaar (en dan heb
ik het nog maar even niet over de eventuele restwaarde) minstens op rózen
en dus niet op de
doornen zit.
Gebruiksgemak?
Een vraagteken, want de handleiding is weer eens geen toonbeeld van helderheid
en correct
taalgebruik. En dat zeg ik niet omdat ik daar altijd extra op let. Er
is vrijwel geen merk te vinden dat
een fatsoenlijke gebruiksaanwijzing kan aanleveren. We zien geknoei door
Belgische Japanners,
met huisvlijt behepte importeurs en hobbyisten die àlles weten
van keukenmachines en
handboren. Tuner, casettedeck en videorecorder worden in dit werkstuk
van Nippon met 'element'
aangeduid. Verkeerde fase leidt tot 'een centrale klank die zwak klinkt,
met nefaste gevolgen voor
het stereo-effect.' Bovendien wordt menige essentiële functie aan
de ongeduldige consument niet
uitgelegd of zo cryptisch ontrafeld dat zelfs ik tweemaal moest lezen.
Denon moet dit duidelijk toch
eens verbeteren en zéker voor een versterker in deze prijsklasse.
Zo'n kreupele beschrijving van
een zeer goed produkt leidt volgens mij nooit tot een verdere versteviging
van de band tussen
merk en gebruiker!
Conclusie
hoewel voor deze versterker een behoorlijk bedrag op tafel moet worden
gelegd, kan ik u
verzekeren dat de hier geboden kwaliteit in deze prijsklasse best bijzonder
mag worden genoemd.
De Denon PMA-2000R behoort tot de selecte apparatuur die is voorbestemd
voor een lang en
zorgeloos leven bij een hoge geluidskwaliteit. Al went men daaraan, eenmaal
geproefd, snel! Er is
slechts enige detailkritiek, maar de echt kritische noot is voor de gebrekkige
handleiding
weggelegd. Dit heeft echter niets met de kwaliteiten van de versterker
te maken.
|