|
Ed Spanjaard dirigeert het Orkest van het Oosten (foto Carlo ter Ellen) |
Zondag 21 juli was het voor Ed Spanjaard (1948) bij het in Enschede wortelende Orkest van het Oosten domweg afgelopen. Ook concertmeester Carla Leurs vertrekt. Na ruim twee jaar monnikenarbeid neemt Spanjaard noodgedwongen afscheid van het muzikale kind dat hij na het vertrek van Jan Willem de Vriend zeer geïnspireerd, onvermoeibaar en met grote kennis van zaken verder heeft opgevoed. "We waren nog maar net begonnen," zei hij onlangs in een interview.
|
|
|
Carla Leurs, scheidend concertmeester van het Orkest van het Oosten |
Van korte duur
Slechts twee jaar noeste arbeid en het is alweer afgelopen. Hoe dat zo? Lag hij als persoon moeilijk bij orkest of bestuur? Was er misschien sprake van te weinig charisma of, nog erger, van middelmatige dirigeerkwaliteiten, ja zelfs van een gebrek aan voldoende vakmanschap? Welnee, niets van dat alles. Integendeel, Ed Spanjaard is met de helaas te weinig bekende Jacques van Steen, David Porcelijn en Antony Hermus juist een van de meest bekwame Nederlandse dirigenten. Daarom valt het ook niet goed uit te leggen. Dat het orkest als zelfstandige entiteit ophoudt te bestaan en met ingang van het komende concertseizoen samengaat met Het Gelders Orkest kan evenmin als geldige reden worden aangevoerd, maar wat dan wel?
Ed Spanjaard, de vaste dirigent van het Orkest van het Oosten dat nauwelijks tweeënhalf jaar geleden als een feniks tenauwernood uit de as van een dreigend faillissement wist te herrijzen. Wacht even, was hij dan niet de chef? Natuurlijk wel, maar dat mocht van het bestuur niet zo worden genoemd (ach, ach, ach).
Levende muziek
Zelf is hij er heel verdrietig over. De orkestleden gingen naar eigen zeggen voor hem door het vuur, ze hadden al vanaf het begin veel zin in de samenwerking met Spanjaard. Hij was het ook die het Franse repertoire weer bij het orkest introduceerde en ook dat ondergeschoven kindje, de eigentijdse (ook Nederlandse!) muziek, een faire kans gaf. Levende muziek in de meest letterlijke zin, met in de zaal tijdens de repetities de componisten met hun waardevolle suggesties. Zo werd het orkest op een bijzondere wijze uitgedaagd om het nog beter of juist anders te doen. Een wisselwerking die er zijn mocht. Kom daar maar eens om in Rotterdam, Den Haag, Eindhoven. En Groningen? Daar zwaait nog zo'n 'diehard' van het eigentijds repertoire en avontuurlijke programmering de scepter: Antony Hermus!
Verrassend einde?
Was het voor Spanjaard een verrassing dat hij nu uit de boot valt? Ongetwijfeld, want de overeenkomst met het orkest bood zelfs een meer dan gerede kans op een stevig vervolg van de door de in aantocht zijnde fusie noodgedwongen beperkte contractperiode. En omdat de kleine letterjes daarvan hem naar zeggen voldoende juridisch houvast bieden lijkt de gang naar de rechter een voor de hand liggende. Spanjaard, ook buiten de muziek een verstandig en bedachtzaam man, heeft echter ingezien dat zelfs een gewonnen zaak alleen maar verliezers kent. En hijzelf in de eerste plaats, want wie wil nu als dirigent voor een orkest gaan staan in een positie die feitelijk juridisch moest worden afgedwongen? Artistieke vrijheid kent nu eenmaal geen juridisch equivalent. Bovendien: zoiets past niet bij hem, de musicus zonder schandalen, zonder gedoe. Bij Spanjaard draait het primair om de muziek en niet om de periferie.
Zoveel is duidelijk: men heeft Ed Spanjaard op hardhandige wijze tussen twee stoelen laten vallen. Zoals hem dat eerder in Limburg is overkomen, na de van hogerhand opgelegde fusie tussen het Limburgs Symfonieorkest (waarvan hij chef was) en het Brabants Orkest (met de philharmonie zuidnederland als uitkomst).
Op de achtergrond speelt mee dat binnen Het Gelders Orkest een aantal musici Spanjaard niet als toekomstige chef van het fusiekorkest wil. Dat heeft overigens niets te maken met het feit dat het moeilijk zo niet onmogelijk kiezen zou zijn tussen de dirigent van het Orkest van het Oosten en van Het Gelders Orkest. Immers, Het Gelders Orkest nam eind vorig jaar al afscheid van zijn toenmalige chef-dirigent Antonello Manacorda. Zeven jaar eerder, bij zijn aantreden, was er trouwens al diens vooruitziende blik: "Politici zullen sterven, de muziek niet," zei hij toen. Het Gelders Orkest zit, vooruitlopend op de als 'onvermijdelijk' aangekondigde fusie, dus al geruime tijd zonder chef-dirigent. Wat had er dan gemakkelijker kunnen zijn dan de benoeming van Ed Spanjaard? De verdiende overstap van 'vaste' naar chef-dirigent?
Kansloos
Wat komt hierna? Dat nieuwe fusieorkest waarin voor Spanjaard geen plaats is ingeruimd staat intussen vrijwel in de startblokken, maar een 'vaste' of chef-dirigent is nog niet benoemd. Men wil het ditmaal anders aanpakken. Maar liefst 14 dirigenten maken in het komende seizoen hun opwachting en misschien komt uit deze schare het wel of niet gedroomde kroonjuweel voort. Spanjaard zal er in ieder geval niet bij zijn. Hij krijgt niet eens de kans om ook maar één concert van het nieuwe orkest te leiden.
|
|
|
Cécilia Huijnen, concertmeester van Het Gelders Orkest |
Proteststemmen uit verkeerde hoek
Hoe kon het eigenlijk zo ver komen? De proteststemmen lijken voornamelijk uit de gelederen van Het Gelders Orkest te zijn gekomen. Een minderheid weliswaar, maar wel een vooraanstaande minderheid, met in de voorste gelederen concertmeester Cécile Huijnen. Volgens ingewijden zouden zij zich tegen de benoeming van Spanjaard hebben gekeerd. Wat daarbij onduidelijk blijft is of het bestuur in dit in gang gezette, zo op het oog weinig frisse parcours, een zelfstandige rol heeft gespeeld, nog afgezien van de vraag welk bestuur dat dan wel is: dat van het Orkest van het Oosten of van het Gelders Orkest. Of dit heilloze gedoe onder het bewind van Hans Hierck (hij was tot 1995 vijftien jaar lang de bestuurlijk drijvende kracht achter het voortbestaan en de groei van Het Gelders Orkest) zou zijn voorgevallen mag ernstig worden betwijfeld. Hij greep altijd tijdig in als de zaken de verkeerde kant op dreigden te gaan.
Noodgedwongen fusie
Een fusie tussen twee orkesten, opgedrongen door een geforceerd vormgegeven bezuinigingsbeleid, aangestuurd door de beide provincies (die wel een deel van rekening betalen), heeft meestal ook grote personele gevolgen (en dan is het niet te hopen dat - leve de opgelegde regiofunctie! - de musici straks meer in de bus dan op het podium zitten).
Maar Kees Meijer, inmiddels ex-directeur van het Orkest van het Oosten (hij treedt 1 augustus in dienst van de Gemeente Enschede als gemeentesecretaris en algemeen directeur), heeft met een 'goed gevoel' afscheid genomen. Hij was op 1 januari 2017 in dienst getreden van het Orkest van het Oosten met de opdracht het fusieproces in goede banen te leiden. Het was een tijdelijke baan: na de afronding van zijn taken zou een nieuwe directeur voor het in de steigers gezette fusieorkest worden benoemd. Hij schreef aan mij:
'Dat er keuzes gemaakt moeten worden is inherent aan het fusieproces. Deze keuzes zijn niet gemaakt door individuen, maar in breed overleg met de diverse betrokken gremia en personen. Daar durf en wil ik mij als voormalig bestuurder absoluut voor verantwoorden.
Er valt geen enkel gedwongen ontslag, er is geen sprake van frictiegelden of anderszins. Berenschot heeft de plannen in opdracht van de provincies getoetst en de conclusie was dat het goed onderbouwd en zeer levensvatbaar is. Niet zo verwonderlijk omdat het geen top-down plan was, maar de organisatie er breed en diep bij betrokken is geweest, waardoor het draagvlak groot is. Het fusieplan kent een breed draagvlak binnen beide provincies en door hun financiële ondersteuning zijn wij in staat geweest om voor een groot aantal musici de contracten uit te breiden.
Als bestuurder was ik zo'n verfoeilijke nitwit die vrij weinig van de orkestenwereld wist, maar wel weet dat een organisatie uit mensen bestaat. Gepassioneerde mensen en die voldoende ellende hebben meegemaakt na alle bezuinigingen en die het verdienen dat er naar ze geluisterd wordt. Mensen die verder willen, die weer een perspectief hebben, die de kans krijgen om hun vak en passie meer uit te kunnen gaan oefenen. Een dirigent is absoluut belangrijk, en zoals al eerder gezegd heeft Ed een geweldige bijdrage geleverd, maar uiteindelijk wordt een keuze gemaakt in organisatiebelang. Er is op een mooie en nette wijze afscheid genomen van Ed'.
Typisch een 'feel good' reactie uit bestuurderskringen. Geen enkel gedwongen ontslag, geen frictiegelden of anderzins: je vraagt je af waarom dan toch die opgelegde fusie met de onvermijdelijke onrust en reuring, maar ook de schade aan het cultuurlandschap die daarvan het gevolg is? En dat allemaal mede in gang gezet en begeleid door een 'verfoeilijke nitwit die vrij weinig van de orkestenwereld wist'. Een 'nitwit' als bestuurder, die mede de kwaliteiten van Ed Spanjaard moest beoordelen? Of zich er als 'nitwit' juist niet aan wilde committeren?
Marte Straatsma, tweede violiste van Het Gelders Orkest en lid van de Artistieke Commissie, antwoordde (eveneens schriftelijk) op de vraag of de mening van de musici belangrijker werd gevonden dan die van Ed Spanjaard. En wat hadden zij dan tegen hem? Straatsma:
'Tellen wij niet meer mee? Wij zíjn het orkest. Dat is intern en op basis van vertrouwen behandeld dus daar ga ik geen uitspraak over doen. Ter bescherming van en uit respect naar mijn waarde collegae. Het is een afgewogen besluit geweest, met meerdere partijen (want wij zijn een modern, eigentijds orkest waarbij het draagvlak van de musici een groot goed is), groot consensus en daar zult u het mee moeten doen.
Ik wil nog wel even toevoegen dat Kees Meijer van onschatbare waarde is geweest om het OvhO (Orkest van het Oosten, AvdW) weer op het rechte pad te krijgen na alle financiële debacles. En dat als ‘nitwit’ van de klassieke muziek. Niet slecht!'
'Niet slecht voor een nitwit in de klassieke muziek'! Opnieuw blijkt er ook vandaag nog steeds weinig oog is voor de schade die door al dit gehannes rond de samenvoeging van de beide orkesten is toegebracht aan het cultuurlandschap in het algemeen en aan Ed Spanjaard in het bijzonder.
Het betekent bovendien een valse start voor het beoogde fusieorkest. Immers, de eerste in aanmerking komende Nederlandse dirigent die op het hoogste niveau acteert en die tot in zijn vingertoppen in staat is om het nieuwe ensemble naar een nieuwe toekomst te leiden was ... Ed Spanjaard. In plaats daarvan heeft het fusieorkest met ingang van het komende concertseizoen zichzelf doelbewust opgescheept met veertien potentiële kandidaten als (mogelijke!) chef-dirigent, in plaats van te putten uit de bron die direct voorhanden was geweest in de persoon van Ed Spanjaard. Door hem te kiezen had men gelijk van start kunnen gaan met het consequent werken aan de zo broodnodige muzikale cohesie. Nee, men koos onbegrijpelijk genoeg voor de moeilijkste, langste en daardoor meest vertragende weg. Het moet zelfs wel heel erg meezitten als het fusieorkest op zijn vroegst vanaf het seizoen 2021/22 een nieuwe chef binnen zijn gelederen heeft. Bestaande contracten moeten immers eerst worden nagekomen. Tel uit je winst.
Ed Spanjaard, deze Hans Rosbaud van de lage landen, met achter zich een enorme staat van dienst en artistieke en sociale kwaliteiten die onbetwist zijn, krijgt niet eens de kans om het nieuwe orkest in zelfs maar één concert te leiden. Terwijl er wel maar liefst 14 dirigenten mogen aantreden om hun kunst te bewijzen. Een kunst die Ed Spanjaard al lang en breed en bovendien jaren achtereen op consequente en niet mis te verstane wijze heeft bewezen. Hier is maar een woord voor: schande.
_________________
Zie ook: De regionale orkesten - Zin en onzin van de reorganisaties.